Goed Joelfeest

Dat was vorige week, Albert van den Heuvel in mijn kerk, altijd geestig, doordacht, onderhoudend en onverwacht. Is Kerstmis wel zo heilig? Moeten we ons met vele anderen ergeren aan de vercommercialisering van dat mooie feest dat eigenlijk bedoeld is voor bezinning, niet voor je ongans eten?

Wacht even, Van den Heuvel herinnert ons er aan dat we het eigenlijk hebben over het heidense midwinterfeest, en de pogingen van de christelijke kerk om van dat strijdbare Germaanse geloof van onze voorouders iets christelijks te maken. Neem Wodan die op zijn schimmel met twee zwarte raven op zijn schouders ten strijde trekt voor de vrijheid, tegen de As van het Kwaad, en mensenkinderen test op hun strijdvaardigheid, wie zoet is krijgt lekkers, wie stout is de roe. Zwarte raven omgebouwd tot zwarte pieten (die dus niets met slavernij te maken hebben, herinnert Van den Heuvel ons nog even). De groene naaldbomen als symbool van de onverwoestbare natuur. De sterren en de lichtjes om de overwinning van het licht op de duisternis te vieren, en de eeuwige kringloop van de seizoenen. En een overvloedige maaltijd om te laten zien dat de voorraden nog intact zijn en de winter ons niet klein zal krijgen. Dat Midwinterfeest is niet kapot te krijgen, we vieren het al duizenden jaren, al noem,en we het Sinterklaas en Kerstmis.

Van den Heuvel las het nieuwe boek van Etzioni, De Nieuwe Gulden Regel, met een voorwoord van Jan Peter Balkenende. Die laatste houdt ons voor dat Kerst moet worden gedecomercialiseerd en weer gemaakt tot een bezinningsfeest over onze waarden en normen.

Van den Heuvel:

Toen verging me de lust om geintjes te maken. Want wat gebeurt er hier? Alles om ons heen wordt gecommercialiseerd – van zorg tot onderwijs, van oorlog tot ontwikkelingssamenwerking – en nu vragen de commercianten ons om te decommercialiseren? Nu moeten wij binnen het commerciele bestel over onze waarden en normen gaan bezinnen? Is dat niet Wodan opnieuw verkleed als Sinterklaas?

In de vierde eeuw besloot de kerk van het Westen dat de verjaardag van Jezus van Nazaret gevierd moest worden tijdens het Midwinterfeest, en dat de aanbidding van de natuur vervangen moest worden door de aanbidding van de openbaring. Wodan zou zijn plaats moeten afstaan aan Christus.

En als dat niet lukt en we blijven zitten met een Germaans midwinterfeest en alle attributen die daarbij horen: nu maar al te vaak vrede op aarde een concept van militaire overwinning is geworden, nu de symbolische gaven van de oosterse wijzen voor het kerstkind tot een soort show wie nog groter en mooier kan geven, nu de dynamiet van het kerstverhaal, van de zich vernederende God, van het midden van de geschiedenis in een klein plaatsje, in een klein landje, bij kleine mensjes geworden is tot een groot burgermansfeest met plastic bomen en electrisch licht, dat niet in de duisternis maar in de hel verlichte maatschappij speelt, nu het kind wordt gewikkeld in dure stoffen zoals ik in een kerstetalage zag, nu moeten we plotseling het kerstfeest weer decomercialiseren! Alsof we dat kunnen!

Er is nog een ander verhaal. Het verhaal van Jeremia, de ruige profeet – hij is in Jeruzalem achtergebleven nadat een groot deel van het joodse volk in ballingschap werd gesleept.

Jeremia schreef een brief aan de geteisterde ballingen, die in hun tentenkamp wachten op Gods ingrijpen in de geschiedenis. Hij zegt: bouw huizen! Leg tuinen aan. Trouw met de Babyloniers. Bid voor de stad en zet je in voor haar bloei want de bloei van de stad is ook jullie bloei. In de Hebreeuwse bijbel staat sjaloom. In vroegere vertalingen werd dat vertaald met vrede, maar sjaloom betekent meer dan alleen de afwezigheid van oorlog en geweld. Sjaloom betekent in ieder geval een vrede die gekenmerkt wordt door recht en gerechtigheid; een vrede die het welzijn van mensen mogelijk maakt. Gebruik de tijd van jullie ballingschap om je in te zetten voor de gemeenschap waar je bent terecht gekomen.

Jeremia maakte zichzelf gehaat bij balling en achterblijver door het volk te zeggen dat ze een dienstbaar volk moeten zijn voor allen om hen heen.

Wat in deze brief gebeurt is dat het volk in ballingschap wordt gewezen op de kern van alle spirituele leven: dat alle vormen van spiritualiteit zijn bedoeld om mensen te bepalen bij hun levensdoel: bijdragen aan de sjaloom, de vrede, de bloei van de stad waar zij wonen. Wie vrede wil voor de eigen groep moet vrede zoeken voor de anderen. Wie zoekt naar eigen rust en de eigen zekerheid moet weten dat die niet los verkrijgbaar zijn, maar altijd verbonden met de rust en de zekerheid van de hele gemeenschap.
En dus schrijft Jeremia: Doe mee met het volk om je heen maar doe het niet om jezelf, niet omdat het jou beter uitkomt of omdat je er beter van wordt, maar om te zoeken naar vrede, naar de bloei, naar het welzijn, naar het recht en de gerechtigheid van een stad.
Dat is integratie, dat is solidariteit, dat is de zin van ballingschap.

Of het nog lukt om het Joelfeest te christianiseren? Nee, dat lukt niet meer. Maar ook als we ons ergeren aan modieus gesol met kind en kribbe – Jezus van Nazareth werd niet geboren in de winter maar in een jaargetijde dat de herders buiten konden slapen, laten we meedoen, in naam van Jeremia. Jezus van Nazaret zou vast wel zijn verjaardag hebben willen vieren tijdens het midwinterfeest, aan het kerstdiner, onder de Germaanse naaldbomen, zegt Van den Heuvel, maar dan wel met de mensen die zich bekommeren om het heil van de stad: vrijwilligers, verzorgers, bestuurders die met verlangen uitzien naar meer gerechtigheid en welzijn, kritische politici van alle partijen, allochtonen uiteraard, slachtoffers, mensen die bezorgd zijn over de toekomst van hun stad en hun land. Niet het verhaal over waarden en normen van de vrije markt ideologen nemen we mee, maar het verhaal dat een veel fundamenteler kritiek heeft op hoe het bij ons toegaat, dat verhaal nemen we mee naar het midwinterfeest.

Het Joelfeest is geen bezinningsfeest, het is gewoon een feest met leuke dingen voor de mensen. Voor de stad waarin wij wonen met al haar bewoners. Voor ons ook. Want in haar welzijn is het onze besloten.

Goed Joel!

6 gedachten over “Goed Joelfeest

  1. Dank voor al je goede wensen, Anja. Een mooi verhaal, waar ik graag nog iets aan wil toevoegen.
    De kerstening van het germaanse rijk is pas laat en traag in de vierde eeuw begonnen. Het was in het begin vooral een romeinse aangelegenheid. Constantijn de Grote (307-337) was de eerste keizer die zich tot het christendom bekeerde. Pas daarna begon het christendom zich met horten en stoten in zijn rijk te vespreiden; een proces dat nog eeuwen geduurd heeft, zeker in het noorden van het romeinse rijk. Constantijn’s motief voor zijn bekering had niets met vrede te maken, maar wel met het winnen van een een oorlog!
    Voor die tijd bestonden er ook al allerlei wendevieringen. Je noemde er een uit het germaanse rijk, maar de Mithrasviering was er bv ook een. Mithras, sterk verbonden met de zon, het licht, was vooral binnen het romeinse leger zeer geliefd. In december werd zijn geboorte gevierd. Er zijn veel parallellen in de verhalen over de geboorte van Mithras en Jezus.
    Een gemeenschappelijk kenmerk van alle feesten rond de jaarwisseling in de noordelijke hemisphere was de viering dat het licht begint door te breken en de donkerte zich gaat terugtrekken. Vooral vroeger, toen het nog niet duidelijk was waarom dagen alsmaar korter werden, moet dat ieder jaar weer een enorm gevoel van bevrijding geweest zijn. Een tijd voor blijdschap.
    Die blijdschap en verlichting wens ik ook nu iedereen van harte toe.

  2. En nu maar hopen dat er toch meer mensen dit begrijpen en onderschrijven dan we nu denken. Welzijn voor iedereen es welzijn voor het individu. Daarom is individualisering ook niet goed. SAMEN werken aan welzijn is de oplossing en niet langer streven naar materiele eigen rijkdommen.
    Mooi stuk!

  3. In de Scandinavische talen wordt het woord “Jul” gebruikt voor Kerstmis. Dat stamt dus af van het oorspronkelijke feest.
    Overigens veranderden de nationaal-socialisten de viering van Kerstmis in die van het Joelfeest. Met “Goed Joel” krijg ik -onbedoeld- dus wel wat onaangename rillingen, Anja!

  4. We hoeven ons oude tradities niet af te laten pakken door de nazi’s, Olav. Die willen we net zo goed terug als onze fietsen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *