Kwijt onze schuld

Een meneer die met zijn vrouw eens was komen kijken, of dat nou wat was die kerk van Huub Oosterhuis, was niet zo tevreden. Ja, wel erg politiek. En dat hij nou alles weer moest delen – was hij vroeger arm geweest, had zich kapot gewerkt, nu hadden ze het beter, moest hij dat dan weer gaan weggeven zeker? Nee hoor, zei Huub. Je moet genieten. Toen zei de man, maar ik ga wel uit met verstandelijk gehandicapten. Zie je, zei Huub, ook dat is delen.

Het evangelie van Lucas. “Wie twee kledingstukken heeft, moet delen met wie er geen heeft en wie eten heeft moet hetzelfde doen”, zei Johannes de Doper (Lukas 3:11) En Jezus van Nazareth zegt tegen een rijke: “Alles wat je hebt, verkoop het en deel het uit aan de armen, dan zul jij een schat in de hemelen hebben” (Lukas 18:22)

Alex van Heusden

De preek, toespraak noemen ze het maar voor mij blijft het gewoon een preek, van Alex van Heusden ging over het evangelie van Lukas als het grote verhaal over arm en rijk, over de ellende van de armen en hoe deze in stand wordt gehouden door de gewinzucht van de rijken.

Johannes, de zoon van Zacharias, komt uit de woestijn, als eens Israel, het volk, toen het bevrijd was uit het diensthuis Egypte, het machtssysteem van de Farao. Hij gaat naar het Jordaangebied, ‘uitroepend een doop van omkeer tot kwijtschelding van schulden’. Wacht even, is dat wel goed vertaald, vraagt Alex zich af. Alle gangbare vertalingen hebben het over een doop van omkeer, bekering, tot vergeving van zonden. Maar dat is wat anders. Kwijt onze schulden, dat gaat terug op het vijftigste jaar, het jubeljaar, waarin de joveel wordt geblazen en alles wordt hersteld dat is scheefgegroeid, schulden worden kwijtgescholden, slaven vrijgelaten, elk stuk grond gaat terug naar de oorspronkelijke beheerder. Herstel van economische en sociale verhoudingen op basis van gelijkheid, gelijke kansen, gelijke rechten, dat is het programma van het jubeljaar.

‘Een doop van omkeer tot kwijtschelding van schulden – goed nieuws voor de armen’, dat is de niet mis te verstane oproep van Johannes de Doper aan het adres van de samengestroomde menigte. Dus vragen de mensen, wat moeten we doen? En dan komt het antwoord, wie twee hemden heeft, wie rijk is, moet delen met wie geen hemd heeft, en arm is.

Klopt dat wel? Van Heusden waar ben je mee bezig? vraagt Alex zich af. En geeft zelf het antwoord:

Ik beoefen politieke lezing van de bijbel. Waarom? Ik zou niet weten hoe ik de bijbel anders zou moeten lezen – dat subversieve boek dat haaks staat op de premissen van onze burgerlijke, neoliberale samenleving. Ik weet het, politieke lezing van de bijbel scoort niet hoog meer. Dat was anders in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw, toen waren er die oog kregen en aandacht vroegen voor de ‘politieke strekking’ van de Schrift.

Politiek, niet hetzelfde als partijpolitiek. Maar er zijn toch ook bijbelboeken met een andere, meer persoonlijke strekking? Is de bijbel dan geen religieus of godsdienstig woord?

Sinds het onder invloed van de Verlichting alom in Europa tot een scheiding kwam tussen godsdienst en staat, heeft de gedachte postgevat dat religie niets te maken heeft met politiek en economie. Deze opvatting wordt vervolgens geprojecteerd op antieke samenlevingen, zoals die van het oude Israel; en de bijbel wordt dan uitsluitend gelezen als een godsdienstig boek, als de ‘heilige schrift’ van een godsdienst, eerst de joodse, later ook de christelijke. Wij zijn als moderne, hier en daar zelfs postmoderne mensen geneigd om religie te beschouwen als een prive aangelegenheid, iets voor de zondag, niet voor de maandag: iets van de ziel, een innerlijke beleving. Maar dan zijn we bij de bijbel aan het verkeerde adres. Want de bijbel – Thora, Profetenboeken en Evangelie – spreekt zich voortdurend uit over maatschappelijke en politieke toestanden, en kiest partij in sociale conflicten, schaart zich aan de zijde van de arme, de weduwe, de wees en de vreemdeling: en aan de zijde van de dakloze om de hoek, de bijstandsmoeder die niet rond kan komen, de asielzoeker die niet gehoord wordt en zoveel anderen die het in onze samenleving niet kunnen redden – ik houd het even redelijk dichtbij. De bijbel is geen partijpolitiek, maar wel een partijdig boek.

Amen.

10 gedachten over “Kwijt onze schuld

  1. Snap jij dan nog die CDA-ers die vooral willen vasthouden aan de hypotheektrenteaftrek en die doodgemoedereerd over een dakloze in de stad heen stappen zonder er een enkel eurootje aan te geven? De Straat Magazine verkopers zeggen bijna allemaal dat de mensen die hun Magazine kopen bijna allemaal mensen met midden- tot lage inkomens zijn.
    Bovendien is GEVEN aan mensen die minder hebben dan jij gewoon een heel goed gevoel. Je KRIJGT er dus een goed gevoel voor terug. Dus wat let je? Kom op, en GEEF. Deel met anderen. Niets leukers en je voelt je geweldig. Als je je dat toestaat… maar dan is het ook hartstikke leuk.

  2. @Lydia

    “De Straat Magazine verkopers zeggen bijna allemaal dat de mensen die hun Magazine kopen bijna allemaal mensen met midden- tot lage inkomens zijn.”

    Waar baseren ze dit op als ik mag vragen?

  3. Ik ben nog allesbehalve overtuigd van het politieke karakter van het christelijk geloof. Het is natuurlijk geen neutraal (dus wel: partijdig) geloof in de zin dat de leer de mensen richting aangeeft, maar voor het overige vind ik het christendom juist bij uitstek een a-politiek geloof. Zowel in het Evangelie als uit de belangrijkste brieven komt het christendom m.i. naar voren als een godsdienst die zich verre dient te houden van politiek of macht. De kern van de religieuze beleving ligt dan ook in de relatie mens-God-medemens, waarbij beoefening van macht op de achtergrond komt te staan.
    Belangrijke imperatieven als het delen van kledij en voedsel, of het toekeren van de andere wang, vormen het kompas van christenen, maar niet noodzakelijkerwijs van de overheid. Als de overheid deze christelijke deugden zou monopoliseren, zouden de inwoners zich niet meer christelijk hoeven te gedragen en krijg je juist een zeer onchristelijke samenleving. Geen wonder dat het meest christelijke land (Amerika) juist een kleine overheid prefereert. Om misschien is het juist andersom: omdat de Amerikanen altijd een terugtredende overheid hebben gekend, hebben ze zichzelf geroepen gevoeld christelijke deugden als charitas en gastvrijheid te belijden.

    Wie toch wel een politieke variant van het christendom wil belijden kan terecht bij uiterst rechts, maar ook bij zeer links. Dus als er al een politieke richting was geweest, dan is die weinig concreet naar voren gebracht in de bijbel.

  4. Martijn, koop er eens eentje, zorg dat je vriendelijk en beleefd blijft en respect hebt voor die persoon en vraag, na drie of vier keer het magazine bij hem/haar gekocht te hebben, welke mensen zijn magazine kopen. Vraag gerust gericht. De meesten zullen zeggen dat het slechts zelden iemand is met een hele dikke auto en een Louis Vuton (schrijf je dat wel zo, ik heb nl geen verstand van dure dingen) tas zal zijn. Voel je je misschien aangesproken? Dan zegt dat meer over jou dan over mij en/of de verkopers.

  5. Vind ik wel een interessant onderwerp. Huidskleur kun je zien, sekse ook, kun je klasse zien?
    Ik heb daar jarenlang toen ik nog les gaf over ‘verschil’ veel met mensen over gepraat. Antwoord: we doen wel alsof het er niet toe doet, maar we bekijken elkaar er wel degelijk op. Dus wie scherp kijkt ziet toch van alles, en die verkoper zal zich nog een keertje vergist hebben, maar vast niet vaak.
    Het is trouwens mijn ervaring ook dat juist mensen die weinig hebben toch nog een paar eurootjes aan een ander willen geven. Misschien dat zij zich vaker inleven in wat het betekent nog minder te hebben, terwijl er ook rijke mensen zijn (laten we niet al te veel veralgemeniseren, op alles wat ik zeg zijn massa’s uitzonderingen) die echt denken dat het iemands eigen schuld is als ie arm is – dus daar moet je vooral niets aan geven.

  6. Lydia,

    Ik was gewoon oprecht geinteresseerd! Begrijp niet dat ik gelijk weer neergezet wordt als iemand die een dikke auto rijdt en een Louis Vuitton tas heeft!?

  7. Martijn, een goed lezer heeft slechts een half woord nodig om te begrijpen. Ik zeg dus helemaal niet dat jij in een dikke auto rijdt. Ik vraag of je je aangesproken voelt en dat in dat geval het meer over jou dan over mij zegt.
    Anja, je hebt gelijk. Generaliseren is niet goed. Excuses, want dat is ook niet wat ik wilde doen.

  8. @5, Anja

    Klasse kan je best wel opmaken uit een aantal zaken die bij een persoon horen. Gewoon een beetje op je ervaring en ituïtie afgaan. De meeste straatkrantverkopers hebben best wel een behoorlijk grote mensenkennis door hun ervaringen op straat.
    Behalve van de kleding kan je een boel aflezen van iemands spraakgebruik, houding, boodschappen die die gekocht heeft en handen. Het is trouwens iets dat alle mensen die wel eens voor een goed doel gecollecteerd hebben bliksems goed weten. “Hoe verder de voordeuren van elkaar af staan, hoe kleiner de bijdrage”.
    Natuurlijk is dit best een beetje generaliserend, maar toch. Wie weinig heeft, weet hoe belangrijk het is om elkaar te steunen!

  9. Ik koop regelmatig zo’n krant, praat ook weleens met ze en ze zeggen inderdaad vaak dat het niet de rijkeren onder ons zijn, die hun krantje kopen.

    Vooral met de laatste zin van Jan Nijman ben ik het roerend eens: Wie weinig heeft, weet hoe belangrijk het is om elkaar te steunen!

  10. Beste Wessel, je schreef een voor mij nogal onleesbaar stuk proza, maar misschien is dat ook een klassekwestie?
    Ik citeer:”Belangrijke imperatieven als het delen van kledij en voedsel, of het toekeren van de andere wang, vormen het kompas van christenen, maar niet noodzakelijkerwijs van de overheid. Als de overheid deze christelijke deugden zou monopoliseren, zouden de inwoners zich niet meer christelijk hoeven te gedragen en krijg je juist een zeer onchristelijke samenleving.”

    ‘…vormen het kompas van de christenen…’ schreef je. Tot op zekere hoogte ben ik dat met je eens, het is iets dat door Jezus wordt aanbevolen – maar het gebeurt niet dagelijks (helaas).
    En als de overheid deze deugden zou “monopoliseren” (? wat moet ik me daar nou bij voorstellen?) – geldt dan automatisch dat de inwoners van een land zich dan lekker niet meer sociaal hoeven te gedragen, zodat een akelige samenleving het gevolg is…??
    Ik ben het met je eens dat op persoonlijk niveau de inwoners van de US of A erg vriendelijk kunnen zijn – maar of dat zo is, omdat hun overheid de deugd van ‘eerlijk delen en fatsoenlijk omgaan met andere landen’ nou juist niet in praktijk brengt..??
    En de stelling ‘dat de Us of A het meest christelijke land ter wereld is’ – daarvalt ook nog op af te dingen…
    Greetz,
    Jolande

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *