Ik zag de Dokwerker wankelen

Te gast: Jaap Hamburger van Een Ander Joods Geluid.

060722demo 157.jpg

Een Ander Joods Geluid (EAJG) houdt op verzoek van de Appèlgroep Westerbork op 2e Kerstdag een toespraak met als thema: Mensenrechten kennen geen grenzen, ook niet in het Beloofde Land. Het Centrum voor Informatie en Documentatie Israël valt over de toespraak heen, met een voorbereid persbericht dat door 9 andere joodse organisaties meeondertekend is, en door 15 overlevenden van het ‘doorgangskamp’ Westerbork.

De meest opvallende en tegelijk meest onwaarachtige passage in dit persbericht luidt als volgt: iedereen heeft het recht welk land dan ook te kritiseren op zijn mensenrechten-beleid, maar de omgeving van kamp Westerbork is daarvoor niet de plek. Voor ons is het diep grievend dat Westerbork voor politieke doeleinden werd misbruikt. Bovendien, door bij het voormalig Kamp Westerbork Israël in de beklaagdenbank te zetten wordt – bedoeld of onbedoeld – een directe link gelegd tussen het Israëlische optreden jegens de Palestijnen en de uitroeiïngspolitiek door de nazi’s jegens de Joden.

(…) Westerbork mag niet misbruikt worden om een politieke boodschap over het voetlicht te krijgen.
Wie Israel wil bekritiseren behoort daarvoor geen monumenten te gebruiken die de Holocaust gedenken. Dat is het vervuilen van de geschiedenis en het verdraaien van de realiteit.

Er zijn meer plaatsen in Nederland die herinneren aan de moord op de joden, dan alleen Westerbork. Zo’n plek is het Jonas Daniel Meijerplein in Amsterdam, met de Dokwerker. Daar werden de joden na de razzia’s bijeengedreven, voordat zij werden afgevoerd, naar allerlei kampen. Uitgerekend op die plek hield het Cidi zelf samen met een tiental andere joodse organisaties waarvan een aantal nu zegt ‘diep gegriefd’ te zijn door de toespraak in Westerbork, op 20 juli een ‘solidariteitsbijeenkomst met Israël’. Dat land was toen volop doende Libanon stuk te bombarderen en 1200 Libanezen naar de andere wereld te helpen. Ik stond erbij, 20 juli, en ik vond het uiterst verontrustend, dat kortzichtige ‘chauvinisme’, dat voorbijgaan aan oorlogsmisdaden aan ‘eigen kant’. Het kamerlid Van Baalen hield er een geharnast verhaal. Hoeveel meer onwaarachtigheid kan dat plein verdragen? Ik zag de Dokwerker wankelen.

Misbruik van een locatie voor een politieke boodschap? Vervuiling van de geschiedenis? Hoor wie het zegt. De Cidisten moeten niet zeuren; zij deden op dat plein zelf niet anders dan politiek bedrijven, met hun ééndimensionale solidariteit met Israël. Maar het kan erger. Wat zei Sharon op 5 mei 2005 in Birkenau? ‘Ik ben hier vandaag aangekomen uit Jeruzalem, de hoofdstad van de staat Israël, de enige plek ter wereld waar joden het recht en de mogelijkheden hebben om zichzelf met eigen hand te verdedigen’. Zo ging hij door, in een toespraak waarvan de enige strekking was, om een rechtstreeks verband te leggen tussen de massamoord op de joden en de groei en bloei van de staat Israël, en het recht van die staat en de joden op zelfverdediging. Zelfverdediging, het laat zich raden tegenover wie. Tegenover de Palestijnen. In Birkenau verkondigde de premier van Israël, in aanwezigheid van in Israëlische vlaggen gehulde figuren, de standaardleugen over het Midden-Oostenconflict: Israël verdedigt zich slechts, tegen wie haar bedreigen. Verpolitiekter kan het niet. De werkelijkheid is dat de Palestijnen, en deze zomer ook de Libanezen, zich uit alle macht moeten weren om de agressie en oorlogszucht van Israëli het hoofd te bieden. Heeft het Cidi destijds een persbericht uitgegeven, tegen misbruik van het kamp Auschwitz-Birkenau door Sharon, omdat hij een ‘directe link legt tussen het Israëlische optreden jegens de Palestijnen en de uitroeiïngspolitiek door de nazi’s jegens de Joden?’ Welnee, het Cidi is dol op dit soort toespraken, waar ook afgestoken, mits van Israëlische politici.

Ik trek hieruit de enig mogelijke conclusies. Het Cidi en andere critici hebben last van Alzheimer light; zij zijn hun eigen bijeenkomst van 20 juli vergeten. Bovendien meten zij met twee maten. Als Sharon in 2005 de actualiteit zeer nadrukkelijk verbindt met het verleden, is dat welgezegd, als EAJG dat doet, met een andere invalshoek, is het ‘diep grievend’. Wie Israël wil prijzen of steunen, mag daarvoor elke locatie gebruiken, wie het wil kritiseren, moet uitwijken naar een zaaltje.

Ik constateer nog een patroon. Het is onze naam, Een Ander Joods Geluid, die niet deugt, of de vorm of de context waarin wij ons uiten, of de toon waarop. Onze medestanders zijn suspect, of de plek is verkeerd gekozen, zoals deze keer. Maar op de inhoud van wat te berde wordt gebracht gaan de dames en heren critici nimmer in. Hun kritiek geldt altijd de bijkomstigheden, nooit de zaak zelf. Die zaak was in de toespraak van de EAJG-voorzitter de massieve en ononderbroken schending van de mensenrechten en het internationaal recht door Israël, ten gevolge van de bezetting van Palestina en de verstikkende onderdrukking van de Palestijnen. Ergo: het Israëlisch optreden zelf introduceert onontkoombaar ‘de politiek’ in het thema mensenrechten, niet EAJG, dat op uitnodiging over dat thema sprak. ‘Westerbork’ gaat over de schending van mensenrechten en is daarom een bij uitstek geschikte locatie om daarover te spreken, ook als die schending plaatsvindt door Israël. Afgelopen Kerst was al de 54e keer dat een dergelijke manifestatie plaatsvond. Nooit eerder protesteerden joodse organisaties tegen ‘misbruik van Westerbork’. Geen overlevende hoeft zich gegriefd te voelen, wanneer de voorzitter van een legitieme joodse organisatie, de moed opbrengt te spreken over evident onrecht dat joden vandaag de dag anderen aandoen. Het strekt hun tot eer en gedachtenis. Het Cidi en andere joodse organisaties verdraaien de moraal, door daarvan schande te spreken.

Jaap Hamburger namens het bestuur van Een Ander Joods Geluid

Eén gedachte over “Ik zag de Dokwerker wankelen

  1. Het CIDI is inderdaad een eendimensionale propagandaclub voor de Israëlische imperialistische politiek.

    Heel interessant nog: het interview met de Israëlische schrijver Etgar Keret in de Volkskrant van 23 december.
    Ik citeer:
    “Het is een karakteristieke reflex. We bouwen een checkpoint, we doden tien Palestijnen, we bombarderen Libanon en als een buitenlander vraagt waarom we al die mensen hebben gedood, is hij natuurlijk antisemiet en wil hij ons land het liefst vernietigd zien. Wie geen vragen stelt, die deugt.
    Als we Jenin op de Westoever in puin gooien en uit Europa komt kritiek, dan is het: wie zijn uitgerekend jullie om ons de les te lezen? Voor het gemak is iedereen hier dan een holocaust-overlevende, is iedereen ternauwernood ontsnapt aan de gaskamers. Ook als ze oorspronkelijk komen uit de diaspora van Marokko, Irak of Jemen. We proberen ons slachtofferschap uit te buiten.”

    Heel duidelijk. Hieraan hoeft niets toegevoegd te worden.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *