Anders is gewoon

Wat hebben we toch leuk werk, zei ik tegen Tiny toen we naar de trein liepen, na ons bezoek aan Rafia Mouchtari, jongerenopbouwwerker in Hilversum bij het SIS, en vier jongeren van de initiatiefgroep “Anders is gewoon”. Tiny Kox en ik hebben de opdracht gekregen om voor de SP een nieuwe nota over integratie en emancipatie te schrijven. En wat we nu doen is met veel mensen gaan praten. Vorige week in Weert, met ouderen, nu in Hilversum, met jongeren.


(Anic Halici)

In Hilversum was ik eerder, ik sprak op een door “Anders is gewoon” georganiseerd stadsdebat in het raadhuis. Een erg geslaagde bijeenkomst. Nu kom ik terug, met Tiny, om door te praten, over de toestand, wat is er aan de hand, wat moet er gebeuren?


(Tiny Kox)

Fouad El Bouch, die op een vrachtwagen rijdt, vertelt waarom het stadsdebat voor hem, en voor andere Marokkaanse Nederlandse jongeren belangrijk was: we hadden een podium, er werd naar ons geluisterd, de pers was er ook. Sebastiaan Hexspoor, in opleiding voor fysiotherapeut autochtone Nederlander, valt hem bij,. Het grootste probleem nu is de onderlinge communicatie. Mensen horen van alles, over allochtonen, over de islam. Ze worden bang gemaakt.
Fouad: en het zijn niet alleen de oordelen. Want die oordelen hebben hele praktische gevolgen. Bij toegang voor jongeren tot disco’s, bij sollicitaties.
Anic Halici, Turkse Nederlandse, studeert rechten, zegt: mensen worden bang nu we voor het eerst van onze rechten gebruik maken, nu we zichtbaar worden. Opeens worden we als een probleem gezien.


(Sebastiaan Hexspoor)

Het zijn de politici, de opiniemakers, zegt Rafia Mouchtari, Nederlander van Marokkaanse afkomst, die al 11 jaar in Nederland is, die de Nederlanders bang maken. De gewone Jan denkt dat we hier de sharia in willen voeren, dat elke moskee een broedplaats is van extremisme, dat iedere jongen die regelmatig bidt aan het radicaliseren is. Het is een verdeel en heers politiek.


(Fouad El Bouch)

Fouad: allochtonen zijn hier al veertig jaar. En nu opeens moeten we “integreren”. Maar wat betekent dat? Wij hechten aan onze achtergrond. We vinden niet dat we alles op hoeven te geven. Dat kun je zien. Veel jongens die hier geboren zijn heten Mohammed. Misschien verwachten de Nederlanders dat onze eigen achtergrond vanzelf wel zal verdwijnen, maar dat doet het niet. In andere landen wordt er anders omgegaan met gastarbeiders. In Zweden werkten ze 6 uur per dag, en kregen meteen 2 uur les. Dat is hier niet gebeurd.
Een autochtone jonge vrouw (naam bij mij bekend) studeert voor binnenhuisadviseur, en voor het eerst bij “Gewoon is anders” bevestigt wat Fouad zegt. Ze hoort vaak hoe mensen praten, dat als er nog meer moslims komen ze zullen gaan overheersen.
Anic: en ze zeggen: Turken zijn beter dan Marokkanen.

Rafia: het is zo tegenstrijdig. Ze willen dat je meedoet. Maar steeds opnieuw wordt je apart gezet. Ook als je hier geboren bent, beter Nederlands spreekt dan Arabisch of Berbers, en alle christelijke feestdagen beter weet dan de mohammedaanse, dan nog word je een Marokkaan genoemd. Ik word wel eens voorgesteld: dit is mijn Marokkaanse collega. Mijn andere collega’s worden niet voorgesteld met deze is Fries en deze is half Indisch. Nou, als ik dan toch apart word gezet, dan rol ik ’s middags mijn matje uit en ga bidden.

Zo ook nu. Even pauze. Niet vanwege de voetbalwedstrijd, maar omdat Fouad en Rafia het avondgebed gaan doen.

Anders dan veel Nederlanders denken is er ook kritiek op de eigen gemeenschappen. Anic zegt: ik vind dat het de taak is van de imams om te zeggen dat zo’n uitspraak over homo’s het dak afgooien niet kan. Ik zit bij Milli Görüs. Ik zou willen dat alle imams Nederlands spraken.
Sebastiaan: ik voel me ook niet zo behaaglijk als ik bij een groep Turken sta en ik versta ze niet. Anic: we vergeten het wel eens. We spreken onder elkaar meestal Turks, dat gaat vanzelf. Maar als iemand dan zegt, hee, denk aan ons, we verstaan geen Turks, dan spreken we weer Nederlands. Ik heb veel liever dat mensen er wat van zeggen dan dat ze achter je rug over je praten. Ik snap het soms wel hoor, dat mensen bang zijn voor wat ze vreemd vinden.


(Rafia Mouchtari)

We hebben het over Verdonk, en de imam die haar geen hand wilde geven. Een ontzettend opgeblazen zaak. Het zou al zo belangrijk zijn als hoofdzaken en bijzaken uit elkaar werden gehaald. Een hoofddoek doet niemand kwaad. Er zijn meerdere beleefde manieren om elkaar te groeten. Waarom daar zo’n toestand van maken? Maar er zijn ook zaken die niet acceptabel zijn. Discriminatie van homo’s, dat mag niet. Sebastiaan vindt niet alles wat Verdonk doet slecht. Haar doel is toch om de integratie te verbeteren. Anic vindt dat ze soms wel een punt heeft. Ze zegt: ik kan me wel voorstellen dat mensen vinden dat Turkse Nederlanders maar moeten kiezen waar ze horen. Als ze zes maanden naar Turkije gaan en hier een huis leeg staat terwijl andere mensen daar op wachten, dat hoef je toch niet goed te vinden? Fouad: maar dat moet dan net zo goed gelden voor Nederlanders met een tweede huis in frankrijk, toch? Rafia is kritischer. Dat ze na de moord op Theo van Gogh op de Dam ging staan, wat deed ze daar? Had ze wat met moord te maken, was ze van justitie, of had die moord wat met integratie te maken misschien?

Nee, over haar uitzettingsbeleid, daar is iedereen het over eens. Dat is puur slecht. Rafia heeft een voorbeeld. Een Afghaan. Man van 54. Hij heeft hier legale status. Al zes jaar probeert hij zijn vrouw naar Nederland te krijgen. Nu is hij werkloos, met heel weinig kans op een baan. En dus mag zijn vrouw niet komen. Zij zoon die nog in opleiding is moet aanzien hoe zijn vader er kapot aan gaat, en overweegt om op te houden met zijn studie en dan maar te gaan werken en geld te verdienen zodat ze wel kan komen. Is dat de bedoeling? Is dat nog humaan?

Sebastiaan: het beleid is te hard. Het is als zand in je hand, als je te hard knijpt raak je het juist kwijt, als je het voorzichtig vasthoudt hou je meer over.
Rafia: integratie moet gaan over de mensen die nu komen. De nieuwelingen. Daar kun je duidelijke eisen aan stellen, als die maar redelijk zijn, als ze maar kunnen, als ze niet in strijd zijn met de wet en de internationale verdragen. Maar met een geval als Mohammed B, dan moet je niet met “integratie” gaan gooien. Daar ging het niet over. Die jongen sprak vloeiend Nederlands, die had zijn opleiding af, die was al geïntegreerd.
Fouad: wie zich niet aan de wet houdt moet bestraft worden, maar dat heeft ook niks met integratie te maken. En waarom horen we niets over Polen?
Rafia: waarom hebben we het niet over de criminaliteit onder de voormalige Joegoslaven, de Russen, de Albanezen?

Fouad: en waarom denken ze dat je niet geïntegreerd bent omdat je moslim bent?
Ik zeg: je zou willen dat meer jongeren goede moslims waren.
Fouad: precies. Want ik wil een goede moslim zijn, ik realiseer me dat God mij ziet. Ik zal dus niet een paar uur extra schrijven als mijn baas niet kijkt.
Anic: ik ken een vrouw, een gelovige moslim, die geeft elke maand geld terug aan de Sociale Dienst, als ze haar uitkering niet heeft opgemaakt.

Je eigen cultuur mogen houden, waarom niet? Als je je verder aan de wet houdt? Iedereen heeft toch het recht op zijn eigen identiteit? Rafia: ik ben dertig plus, ik ben man, ik ben hetero, ik ben een Utrechtenaar, ik ben een Nederlander, ik ben een Marokkaan, ik ben van alles. Wat ik het meeste ben, op een bepaald moment, dat hangt er maar van af. Als een vrouw iets zegt over ‘jullie mannen’ dan reageer ik als man.
Sebastiaan: waarom zou jij niet trots mogen zijn op wie je bent?
Rafia: ik heb er ook geen bezwaar tegen om als Marokkaan gezien te worden, maar dat wel in goede tijden en in slechte tijden. En niet alleen dat ze zich herinneren dat ik een Marokkaan ben als ik een keertje te laat kom.
Fouad: het is heel erg nodig dat Marokkanen zichtbaarder worden, gewoon, als Nederlanders. Dus als rechter, als nieuwslezer, op de tv.
Rafia: en het is belangrijk dat we meer mensen zien met een visie.
Fouad: het is niet goed als er één iemand is die namens ons spreekt, het moet gewoon gaan worden dat we overal zijn.

Tiny vertelt een verhaal dat Ronald van Raak, onze historicus in de fractie ons heeft verteld. Over de emancipatie van katholieken, anderhalve eeuw geleden. Hoe er in Nederland gereageerd werd door de protestanten. Bijna in dezelfde termen die nu gebruikt worden: die katholieken krijgen te veel kinderen, ze nemen de macht over, straks heb je op elke hoek van de straat een katholieke kerk, ze luisteren meer naar de paus dan naar ons.
Fouad: maar het verschil tussen protestanten en katholieken is bijna weg, terwijl wij wel vast willen houden aan de islam.
Tiny: luister, 40 jaar geleden dacht ik als katholiek jongetje oprecht dat de protestanten hele andere mensen waren en allemaal naar de hel gingen.
Rafia: moslims begrijpen juist de verschillen niet. Joden, christenen, moslims, eigenlijk geloven ze in hetzelfde. Hun heer Jezus is ook onze heer Jezus.

Wat moet er gebeuren, vragen we.
Het grote probleem voor jongeren. Stageplaatsen. Banen. Het valt niet te ontkennen dat er in toenemende mate wordt gediscrimineerd. Rafia beaamt het: ik krijg veel jongeren niet aan de bak. Hoe moet dat opgelost worden? Tiny stelt voor dat dat met stageplaatsen te doen is als de opleidingen stagiaires sturen, en de bedrijven en instellingen die niet meer zelf uit kunnen zoeken. Maar Rafia ziet een bezwaar, hij zelf zou ook een stagiaire zelf willen spreken en niet opgedrongen krijgen. Er ontspint zich een discussie voor en tegen positieve actie. Fouad vindt dat het best streng mag. Waarom niet? Met de nieuwe terrorismewet wordt er ingegrepen in je privé-leven, dan is de tolerantie ook opeens weg, waarom zou je dan niet streng mogen ingrijpen als het gaat om banen? Anders komen we toch nooit aan de bak.
Maar Rafia gelooft niet in dwang. Dat werkt tegen je. Want het gaat er niet alleen om om een baan te krijgen maar ook om die te houden. Als iemand onder dwang ergens wordt geplaatst vliegt die er ook weer makkelijk uit. Ook spreiding onder dwang ziet hij niet zitten. Je veroorzaakt dan alleen weer nieuwe problemen. Het enige dat echt helpt, vindt hij, is dat de beeldvorming verandert. Dat mensen leren om te gaan met de multiculturele realiteit, niet meer bang zijn voor de anderen. Daar moet al op school mee worden begonnen.

Maar dit moet eerst: ook de overheid moet erkennen dat er gediscrimineerd wordt. Het moet onder ogen gezien worden. Het kost de staat tenslotte ook geld, als opleidingen niet gebruikt worden, mensen onnodig in uitkeringen terechtkomen.
Sebastiaan pleit er voor dat het goede meer beloond wordt, en er niet zoveel aandacht wordt besteed aan het negatieve. Behalve als er echt wordt gediscrimineerd. Disco’s die allochtonen niet binnen laten? Gewoon straffen, gewoon sluiten.

En laten politici, ook die van de SP, zich meer uitlaten over zo iemand als Wilders, is een laatste wens van Rafia.
We knopen het in onze oren.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *