Gaza 26 april 2006

Voordat Jan en Annelies vertrekken gaat Annelies nog even mee op huisbezoek. Zodat ze nog even wat kan zien van de andere kant van Gaza, en niet alleen het mooie hotel waar we in werkten, onze grote flat, het kantoor en de mooie flat van Sana’a. Het huisbezoekteam van het NCCR komt overal waar ze nodig zijn, en waar er aan huis gebonden gehandicapten zijn die zorg nodig hebben, dus als we met ze meegaan is het elke keer weer een verrassing, de ene keer komen we bij een redelijk welgesteld lerarengezin met twee kinderen, waarvan er een een genetische ziekte heeft, de andere keer bij een gezin in armoede met zes kinderen waarvan er vijf niet kunnen lopen. Ik heb dokter Adnan in laten fluisteren dat ik graag een beetje armoede wil zodat Annelies niet weer zo’n keurige flat van binnen ziet. Dat hebben ze in hun oren geknoopt dus ze hebben een flink blik ellende opengetrokken.

Bij de eerste familie gaat het nog wel. Straatarm, in een sjofele en verwaarloosde wijk waar de vuilnisophaaldienst nooit komt en de kinderen blootsvoets lopen. Maar de jongen die we al jaren kennen, met een open rug geboren, en verlamd vanaf zijn middel doet het goed. Zijn diepe doorligwonden zijn allemaal genezen, en hij zit in een rolstoel waar hij zich zelf in kan voortbewegen. Dat wil zeggen thuis, op het beton, op de zanderige wegen buiten komt hij niet ver zonder hulp en hij gaat ook nog steeds niet naar school omdat het vervoer een groot probleem is. Het team bezoekt hem nog maar eens in de maand, op verrassingsbezoekjes om de kijken of hij zich aan de voorschriften houdt en niet opnieuw over de grond kruipt waarbij hij zijn gevoelloze benen beschadigd. Hij is ontzettend verlegen. Maar als Jahya de fysiotherapeut het hem vraagt zegt hij dat het wel goed gaat met hem. En dat hij wel naar school wil. Later.

De tweede familie is echt erg. Niet alleen straatarm maar totaal apatisch. Acht of negen kinderen op twee kamers, en een vuil binnenplaatsje waar een paar geiten en kippen voor een zwerm vliegen zorgen. Het is er een bende en alles is vies, inclusief de kinderen. In een hoekje op een matrasje ligt het jongetje dat we al eerder bezochten, hersenbeschadiging na een auto ongeluk. Spastisch, kan niet praten, zich nauwelijks bewegen, en ligt daar maar. Het zal Alexandra, onze kinderfysiotherapeute die nog met hem gewerkt heeft pijn doen. Zij liet het team en de familie met een paar oefeningen zien dat er nog best een beetje verbetering mogelijk is, en bovendien, in dat hoopje ellende zit iemand, waar hoe primitief ook mee te communiceren valt. Dat je aan zijn ogen kan zien dat hij het voelt als je hem knuffelt, dat zijn ogen je volgen als je een speeltje voor hem houdt. Maar de moeder werkt niet mee, de vader is voortdurend de hort op om met zijn ezeltje nog wat bruikbaar vuil van de straten op te halen. Er wordt af en toe voedsel in het jongetje geschoven en zijn luier wordt verwisseld, maar oefeningen, daar hebben ze toch het team voor? En met hem spelen als ze nog acht kinderen hebben?

Het is een van de dilemma’s waar het team wel vaker voor komt te staan, moet je doorgaan met behandelen wanneer de familie niet meewerkt? De bedoeling is dat de families worden getraind in betere zorg en oefeningen doen met hun kind, en dat de teams alleen langskomen voor de zorg die zij niet kunnen geven, goede fysiotherapie, medisch toezicht, medicijnen, gesprekken met de ouders om het zelf vol te houden. Afspraak is dat het team alleen werkt met ouders die meewerken. Dus eigenlijk zouden ze moeten zeggen dat ze er mee ophouden elke week een of twee keer langs te komen. Maar dan laten ze ook dat jochie in de steek dat daar tussen het vuil ligt te vegeteren. Het is een goed onderwerp om het op de volgende training nog eens over te hebben, Joes, wat moeten ze hiermee?

Annelies is voorspelbaar ontdaan en we houden elkaar maar even vast. Ik wen er ook nooit echt aan. Mohammed die als tolk mee is en die zich nooit ergens mee bemoeit is nu echt kwaad. Dat ze arm zijn, dat snap ik, maar betekent dat dat je de rotzooi niet op kunt ruimen. We hebben het over de dunne lijn tussen niet willen en niet kunnen bij mensen die behoorlijk getraumatiseerd zijn en geen enkel toekomstbeeld meer hebben, behalve elke dag doorkomen, zien dat ze te eten hebben, en verder alles overlaten aan God en het team van het NCCR.

Ik zwaai Jan en Annelies uit. Ik heb nog een dag voor de laatste losse eindjes, het financieel jaarverslag dat ik mee moet nemen, Leo, vandaag is het af en vertaald, alhamdullilah, dan kan de aanvraag eindelijk naar Icco. De evaluatie van de training regelen, bespreken wanneer de volgende komt. Data voor een fondsenwerfbezoek aan Dubai. Er komen steeds berichtjes binnen van mensen die het NCCR bedanken dat ze hebben deel mogen nemen en zeggen dat ze hopen dat er een vervolg komt. En dan met een grotere groep, zodat het netwerk zich verder uit kan breiden van mensen die elkaar ondersteunen in hun leiderschap. Jan en Deny en ik moeten in Nederland het geld voor bij elkaar krijgen voor een volgende training. Deze training is betaald door Novib, dat wil zeggen de kosten, want wij werkten weer voor nop. En deze leiderschapstrainingen vallen buiten de doelstelling van Kifaia, want dit komt de hele gemeenwschap ten goede, en Kifaia werkt voor gehandicapten. Khaled is heel erg tevreden met het resultaat. Het is allang zijn ambitie om meer te betekenen voor de Palestijnse samenleving. Het was voor hem best een waagstuk om ons buitenlandse trainers op een groep van belangrijke mensen te zetten. Maar we merken hoe hij ons ondertussen vertrouwd. Ik geef Fatma alle waardering, ze heeft het fantastisch geregeld allemaal. En dan gaan we het plan voor een training aan Fatah in werking stellen. Ik moet nog wat van onze conclusies over de training op papier zetten voor Novib. Er is nog een boel te doen.

3 gedachten over “Gaza 26 april 2006

  1. Lieve Anja,
    Ja, dat doet pijn, m’n jochie “gevloerd”…
    en dan te weten dat hij in juli zat te genieten al rollend op z’n gasflesje!
    Maar ook in onze Nederlandse kinderfysiotherapie – praktijk komt het wel eens voor dat ouders hun kind de broodnodige zorg onthouden. Daar wordt dan melding van gemaakt….
    Wat me erg goed doet is de houding van Jaya, zowel fysiek als de manier waarop hij contact probeert te krijgen met het mannetje. Dat stukje van mijn aanwezigheid in Gaza is tenminste overgekomen.
    Als je dit nog leest voor je vetrekt, doe hen vooral veel groeten en zeg hen dat mijn mailbox wijd open staat voor hun fysiotherapeutische vragen!
    een veilige reis terug,liefs Alexandra

  2. Joodse kinderen leven niet onder bezetting, Nico, en van de Israeli’s leeft niet 60% onder de armoedegrens van 2 dollar per dag. Om maar een paar van de grootste verschillen te noemen. Verder zien ze er hetzelfde uit, behalve dat de meeste Israelische kinderen schoenen en stromend water hebben.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *