Turkse tulp

img0801.jpg

Alsof we lijden aan een collectief historisch geheugenverlies. Alsof de komst van migranten in Nederland een nieuw verschijnsel is, alsof we de spanningen die dat met zich mee kan brengen voor het eerst meemaken, alsof migranten, die elementen van een andere cultuur met zich mee brengen die van ‘ons’ aantasten, en alsof wij Hollanders een eenheidscultuur hebben. Gisteren, in het stuk over het hand in hand gaan van een anti-moslim ideologie en vierkant achter Israel staan had Warschawski het al over die nieuwe uitvinding: de joods-christelijke cultuur. Een leugen zegt hij.

Twee historici, Leo Lucassen en Wim Willems mengen zich ook in deze ideologische strijd, met een boek, Gelijkheid en onbehagen. Over steden, nieuwkomers en nationaal geheugenverlies. Samen bezetten ze de leerstoel Sociale Geschiedenis aan de Universiteit Leiden. Het is een klein boek, haast meer een pamflet, en ik hoop op meer in de toekomst, maar zeer de moeite waard.

Nederland is al vanaf de zestiende eeuw een structureel immigratieland geweest, stellen de schrijvers. Nederland is altijd al in hoge mate economisch afhankelijk geweest van de nieuwkomers, zonder hen zou er geen sprake zijn geweest van een Gouden Eeuw. Een half miljoen buitenlandse zeelieden en soldaten die hun rol speelden in het Oost-Indische avontuur. Vele duizenden Duitse seizoenarbeiders, voor de landbouw, het steken van turf, het aanleggen van polders, dijken en kanalen. En het is niet zo dat migranten vroeger sneller en beter integreerden. Het grote verschil is alleen dat niemand er wakker van lag.

Tot het eind van de achttiende eeuw was een inwoner uit Leiden die zich bij de stadspoorten van Amsterdam meldde een vreemdeling, net als een Duitse of Italiaanse nieuwkomer.
Het is niet eenvoudig om nu nog te beslissen wie eigenlijk de ‘oorspronkelijke’ Nederlanders zouden moeten zijn, van Teutoonse Bataven, Romeinen en Germanen, Hunnen en Visigoten. We zien Bonifatius en Willibrord als deel van onze vaderlandse geschiedenis, hoewel het allochtonen avant la lettre waren. Eind van de zestiende eeuw: massale trek van Zuidelijke Nederlanders naar steden als Alkmaar, Zaandam en Amsterdam. Het inwonertal van Leiden verzesvoudigde en nog verwijzen Leidse achternamen naar de Franssprekende migranten van toen. De Iberische joden, de Franse Hugenoten, honderduizenden Scandinaviers en Duitsers, asjkenazosche joden uit Polen, belgische vluchtelingen, Duitse jonge vrouwen die hier in de jaren twintig en dertig als dienstmeisje kwamen werken, Molukse KNIL militairen, vlichtende Hongaren, Indische Nederlanders. Chinezen, Italianen, ‘zigeuners’, hooggeschoolde expats uit Japan en de VS.

Soms, als er veel migranten tegelijk binnenkwamen gaf dat spanningen en botsingen. Al in vroeger eeuwen maakte men zich zorgen over de komst van grote groepen ongeschoolde en arme mensen. Niet alleen vanwege de overlast, ook vanwege het verval van de steden, de angst voor besmettelijke ziekten, het verval van zeden, de criminaliteit. Ook in vroeger tijden de verontrusting in Europese landen over de Gemeinschadlichen Umhertreiber. Of dat nu de waterdragers uit Auvergne waren, die in 1842 weigerden om de Parijse zeden en gewoonten over te nemen, naar hun eigen dansgelegenheden gingen en aan elkaar klitten ‘als joden in Babylon’, of de joden die vast hielden aan hun geloof, hun gewoontes, en bij elkaar wilden blijven wonen. Het is dus de vraag of de situatie van nu zo verschilt van vroeger. Een voorbeeld: tussen 1600 en 1650 was 40% van de Amsterdamse inwoners in het buitenland geboren. Rond 1800 was dat nog een kwart. En dat percentage zou veel hoger uitvallen als we de huidige definitie van allochtoon toe zouden passen, want dit ging alleen over de eerste generatie.

De laatste golf van morele paniek kunnen we ons nog herinneren. Als we dat willen. Dat was bij de onafhankelijkheid van Suriname, toen tienduizenden donkergekleurde rijksgenoten naar Nederland kwamen. Ik ken de stereotypen nog van die tijd, werkschuw, lui, aan de drugs, geneigd om ‘hun’ vrouwen de prostitutie in te sturen of ze met een kind te laten zitten, geneigd om ‘onze’ vrouwen in te pikken, en vooral uit op ‘onze’ uitkeringen. Ik herinner me nog een vrouw die bezorgd zei dat als het zo door ging – met gemengde huwelijken – ‘wij’ straks alleen maar gekleurde kleinkinderen zouden hebben. Als of die in dat geval niet gewoon bij dat ‘wij’ zouden horen, en alsof ‘wij’ dan niet meer zouden bestaan. Ook toen de ideologie van de ‘botsende culturen’ en de gedachte dat zwart en wit zich nu eenmaal niet zouden verdragen. Ze zouden zorgen voor een spiraal van werkloosheid, segregatie en criminaliteit.

De cultuurpessimisten van toen hebben geen gelijk gekregen, zeggen Lucassen en Willemsen. Natuurlijk ging de aanpassing niet van een leien dakje, dat gebeurt nooit. Wat van buiten komt stuit altijd op weerstanden. En het waren niet alleen de Surinamers die moesten wennen, de Nederlanders waren slecht voorbereid op de absorptie van zoveel nieuwkomers en ook zij moesten zich aanpassen aan een nieuwe realiteit. Maar na dertig jaar blijkt dat Surinamers zijn doorgedrongen in alle lagen van de bevolking, met eigen verenigingen, boegbeelden in de sport en het amusement, toonaangevende journalisten, kunstenaars en politici. Tegelijkertijd blijven de banden met het moederland Suriname sterk, en er wordt heel wat heen en weer gependeld tussen Schiphol en Zanderije. Weinig mensen willen de schepen volledig achter zich verbranden, maar de orientatie op Nederland is toegenomen. Kleur is geen onoverkomelijk struikelblok gebleken. En er is geen reden om aan te nemen dat geloof wel een onoverkomelijk verschil zou zijn. Het blijkt in ieder geval nog nergens uit. De verschillen waar het debat over gaat worden geconstrueerd, absoluut gemaakt. En als onveranderlijk gezien, alsof cultuur een vaststaand ‘ding’ is, dat je nu eenmaal hebt. Terwijl je met een blik al vast kunt stellen hoe groot de verschillen al zijn tussen eerste en tweede generatie migranten.

Zeker zijn er stadswijken met problemen. Oudere, autochtone bewoners kunnen het gevoel hebben dat hun stad te snel is veranderd, en dat gaat vaak gepaard met het idealiseren van het verleden. Ik zie dat zelf in de Jordaan, waar ik al dertig jaar woon. Eens een volkswijk met een geheel eigen cultuur. Maar ook erge armoede, en onleefbare sloppen, die nu zijn opgeruimd. De oorspronkelijke bevolking is grotendeels weg, naar Almere, bijvoorbeeld, ik kom ze tegen op de markten, als ze nog even komen buurten. Op het Jordaanfestival wordt de oude cultuur nog gevierd, en veel oud-bewoners kunnen nostalgisch praten over het verlies van de saamhorigheid van toen. Niets is meer wat het was. De kinderen kunnen niet meer op straat spelen, je kunt de voordeur niet meer open laten staan, dat touwtje door de brievenbus is ook al lang verleden tijd, en de buren heten niet meer automatisch Ome Kees en Tante Neel. Dat voelt als verlies, ook al hoef je maar even door te vragen en ook de ellendeverhalen komen. Maar er is een verschil tussen de veranderingen in de Jordaan en die in andere stadswijken. De Jordaan is ‘opgeyupt’ en wit gebleven. Er is geen bevolkingsgroep die je de schuld kunt geven van het verlies van de saamhorigheid en vertrouwdheid van vroeger. In stadswijken waar de armoede (relatief) is toegenomen, dezelfde wijken waar veel migranten wonen, is het makkelijk om de groep nieuwkomers, die zichtbaar zijn, tot de personificatie van de dreiging te maken. Het lijkt alsof het hun komst is die alles heeft veranderd, ook al is dat maar een deel van het verhaal, zeggen de schrijvers.

Het tweede punt dat Lucassen en Willems maken, als historici, is de gedachte dat er zo iets is als een gedeelde Nederlandse cultuur, die nu door de nieuwkomers bedreigd zou worden. Maar wie zich verdiept in de geschiedenis van Nederland weet dat er zelden sprake is geweest van gedeelde waarden en normen. Ook de nu zo aangehangen idealen van de Verlichting zijn door langdurige en verbeten conflicten gerealiseerd. Eigenlijk waren we altijd al een multiculturele samenleving, zeggen de schrijvers, met felle tegenstellingen tussen de bevolkingsgroepen. En met talloze overeenkomsten met wat nu ervaren wordt als de ‘botsing der culturen’. Zie bijvoorbeeld de strijd tussen protestant en katholiek, of die tussen christenen en joden, maar ook de segregatie tussen mensen uit verschillende sociale milieus: tot in de twintigste eeuw bezag de middenklasse de arbeiders alsof het om een exotische stam ging. Als asociaal en genetisch minderwaardig. Zelfs de neiging om ‘het verschil’ te gooien op de religie is in Europa niet nieuw. Toen in Engeland vanaf 1840 honderdduizenden Ierse migranten aankwamen, de meesten van hen ongeschoold, ongeletterd, arm, werden ze vooral bedreigend gevonden omdat ze katholiek waren. De strijd van de gevestigden tegen de buitenstaanders kreeg de vorm van een agressieve antikatholieke campagne, aangevoerd door volksmenners. Willems en Lucassen: ‘Vervang de priester of jezuiet door een imam, de paus door Khomeiny, en katholieke Ieren door islamitische Turken of Marokkanen en de beelden vallen vrijwel samen’.

Ook in Nederland, in 1972 waren er opstootjes van protestanten die zich er aan ergerden dat de katholieken niet deelnamen aan de festiviteiten om de inname van Den Briel door de protestantse watergeuzen te vieren, en er werden gezinnen met geweld gedwongen om de driekleur uit te hangen. Protestanten en katholieken hadden tot vrij recent elk hun eigen nationalisme met erg weinig begrip voor andersdenkenden. Er is geen enkele reden om te denken dat alleen de ‘joods-christelijke beschaving’ vanzelf zou leiden tot democratie en de scheiding van staat en kerk.

De vorming van de huidige seculiere samenleving, met de ideologie van gelijkheid en de scheiding van kerk en staat, inclusief de emancipatie van vrouwen, meer educatie voor de kinderen uit de lagere klasse en de acceptatie van homo’s is een lang proces geweest. Het is niet alleen leerzaam voor de migranten om van de geschiedenis van die worsteling kennis te nemen, het zou ook de autochtonen geen kwaad doen om de eigen geschiedenis beter te kennen. Met name diegenen die nu zo fier ten strijde trekken tegen de islam, zeggen de schrijvers. Het gaat er niet alleen om om te erkennen dat onze typische Hollandse tulp eens uit Turkije kwam. Het gaat er om dat niet alleen ‘zij’ anders zijn, maar ook wij waren niet wie we dachten te zijn.

Een inspirerend en relativerend boek dus. Een beetje onevenwichtig, misschien te haastig samengesteld. Twee inaugurele reden, aangevuld met een paar artikelen, waaronder ferme kritiek op Paul Scheffer, de man die de discussie zeer heeft beinvloed, en niet ten goede, door de term ‘het multiculturele drama’ in te voeren. Waarna het voor de aanhangers van de doemdenkers al haast geen punt meer was om nog eens na te gaan of het met het grootste deel van de migranten, wat integratie betreft, niet prima gaat. Maar doordat het boek bestaat uit losse artikelen, krijg je een beetje het gevoel alsof het betoog steeds weer opnieuw wordt begonnen, en zit er ook nog wel enige overlap tussen de stukken. Dat gaat ook ten koste van diepgang. Ik kijk dus erg uit naar volgende publicaties van de schrijvers.

Er is maar een punt waar ik erg over ben gevallen. ‘De linkse jongens (en meisjes) van de jaren zestig, die eens op hoge toon het recht op een eigen leefstijl opeisten, zijn nu de eersten die wijzen op het gevaar van de vijfde colonne die de moslimmigranten in hun ogen vormen’. Heren, heren, wat een oordeel over een hele groep. Ik was zo’n meisje van de jaren zestig, links, ook zo een die op hoge toon mijn recht op een eigen leefstijl opeiste, en ik ben nog steeds links, en eis nu op even hoge toon ook voor moslimmigranten het recht op een eigen leefstijl op. En voor migrantenvrouwen het recht op hun eigen emancipatie. En ik ben de enige niet van de activistengroepen uit de jaren zestig, die nu nog steeds actief is, en nu opkomt voor migranten en vluchtelingen. Zeker kijk ik ook verbaasd naar de linkse mensen van toen die nu de schuiver naar rechts hebben gemaakt, die zijn er. En die de vrijheid die ze zelf wilden niet gunnen aan anderen. Links voor zichzelf, rechts voor de nieuwkomers. Maar je kunt moeilijk een hele generatie zo wegzetten. Het lijkt wel alsof de lui die te jong zijn om de roemruchte jaren zestig en zeventig zelf actief meegemaakt te hebben nu wat rancuneus terug kijken – voor historici die anderen verwijten dat ze aan nationaal geheugenverlies lijden is dat niet netjes.

31 gedachten over “Turkse tulp

  1. Anja, maak je niet al te druk om dat ene puntje. Veel linkse mensen van weleer hebben nu eenmaal de overstap naar rechts gemaakt, gepaard met een hoop populistisch gezwets. Dit laat onverlet dat er nog voldoende linkse helden over zijn. Laat het zich maar ontwikkelen in de historie, zodat we tzt een nuchterder oordeel over deze situatie kunnen vormen.

  2. Het doet ook niets af aan mijn waardering voor het boek, Jan. Maar ik heb een beetje genoeg van mensen die afgeven op de jaren zestig, zeker als het historici betreft die zorgvuldiger horen te zijn. En verder erger ik me aan de onzin die er over mijn jaren vrouwenbeweging wordt gezegd, alsof we niet toen al samenwerkten met migrantenvrouwen, bijvoorbeeld, zoals ik dat nog steeds doe. Ook met onze zeer recente geschiedenis mogen we wel een beetje correcter omgaan.

  3. Hè hallo – ik ben het niet met de schrijfster eens; we hebben in Nederland altijd al moeite gehad met ‘nieuwkomers’ – het is niet zo dat ‘plotseling’ elke Nederlander last krijgt van onverdraagzaamheid! De Nederlanders moeten gewoon wennen aan het feit dat er inderdaad mensen uit andere culturen op de koude Hollandse klei met z’n gebruiken en gewoonten zijn komen wonen. Dat los je echt niet op door maar net te doen alsof we er zo goed tegen kunnen (tolerantie, belachelijk; ieder volk op aarde reageert in feite hetzelfde op mensen van buiten – waarom zouden Nederlanders anders zijn). Die stomme zgn. tolerantie is gewoon opgelegd en bedacht door links – kijk ons eens verdraagzaam zijn. Mooi niet dus.
    Wat een flauwekul om zoiets van tafel te vegen door de eerste alinea’s van het stukje zo in te kleden als hierboven.
    Mogen de etnische Nederlanders zich uitten in hun ongenoegen? Ja, zeker! We leven niet meer in de jaren 80 waarin je het beslist GOED moest vinden. En als buitenlanders een negatief waarde-oordeel over de Nederlandse bevolking en de cultuur vellen, waarom moeten wij ons dan weer – net zoals in de jaren 80 – stil houden en het tolereren?
    Het is echt iets anders dan accepteren hoor!

  4. P.s; je denkt toch niet dat het intergratie-probleem na 40 jaar opgelost is??
    En is ons destijds gevraagd hoe wij – jongeren – die grote toestroom van buitenlanders zouden gaan vinden.
    Het antwoord is; NEE.

  5. Jammer dat dit bij dit onderwerp op dit weblog geen onderscheid maakt tussen de curturele en religieuze achtergrond van moslim-migranten en niet-moslim migranten. Ook met dat verschil mogen we wel een beetje correcter omgaan.

  6. Inderdaad: het afgeven op de linkse (jongeren)beweging in de jaren zestig en zeventig ervaar ik vaak ook als storend, vooral als dat gebeurt met generalisaties en weinig werkelijke kennis ervan. Even ergerlijk vind ik trouwens degenen, die vroeger actief waren, en dat nu afdoen als “jeugdzonde”, “naïef idealisme”, e.d. Zelf zal ik mijn verleden nooit verloochenen en ik heb het politiek activisme altijd als een serieuze zaak beschouwd (wat niet betekent, dat niet af en toe geweldig werd gefeest!).

  7. Nee, Annemarie, de intolerantie komt met golven, joden, surinamers, nu moslims. En aan intolerantie heb je zelf ook geen bal, behalve dat het de migranten ook niet bepaald helpt, dus wen er maar aan. Ze zijn er. En jij kunt mopperen en kankeren, alleen dat helpt niks. Dus verzin maar wat anders.
    En nee, inderdaad, het is je niet gevraagd of ze hier mochten komen. Stel je voor dat je nee had gezegd, trouwens.
    En ja, het grootste deel van de integratie lost zich vanzelf op, en waar er nog problemen zijn moeten we daar wat aan doen. Maar een beetje tegen migranten gaan zitten wezen lost in ieder geval nul komma niks op.

    Je maakt niet duidelijk wat je bedoelt, Johan. Ik ga er zelf vanuit, en dat heb ik vaker gezegd dat er van alles op de religie wordt geschoven wat in werkelijkheid met meegenomen tradities te maken heeft. Maar als het gaat hoe er met migranten wordt omgegaan wordt het inderdaad vaak op een hoop geveegd, alsof de hobbels die migranten te nemen hebben door hun religie zouden zijn veroorzaakt, en niet door het feit dat ze als migranten vak uit een streek komen met oude agrarische tradities, en ze weinig formele scholing hebben.
    Maar misschien is dat niet wat je bedoelt, ik kan dat uit je wat abstracte commentaar niet opmaken.

    Olav, daar zijn we het dan weer eens over eens. Ik zal niet gauw mijn vormende jaren verloochenen, het marxisme, een absolute eyeopener, de vrouwenbeweging, het antiracisme, het kan best zijn dat ik me ondertussen verder heb ontwikkeld, zou erg zijn als ik er niks bij had geleerd, maar de basis die toen gelegd is, daar heb ik nog steeds heel veel aan, en ik kan er dus slecht tegen als daar schamper over gedaan wordt. Ik zal niet gauw spugen in de bron waaruit ik heb gedronken.

  8. Ik denk idd dat de schrijver een punt heeft. Immigratie naar Nederland is van alle eeuwen. Toch wil ik 2 opmerkingen maken:

    1. Het blijft altijd riskant om bepaalde zaken uit het verleden te extrapoleren naar de toekomst
    2. De “Geert Wildersen” van deze wereld zijn waarschijnlijk ook van alle eeuwen.

  9. Hoe zit het dan met migrantenvrouwen die in het liberalisme een eye-opener hebben gevonden? Ideologisch staan deze tegenover het marxisme, maar ook zij hebben hun emancipatie bereikt.

  10. Het Stockholm-syndroom laat zien dat angst kan leiden tot bekering tot de islam of tot een uiterst selectieve waarneming ten aanzien van de schaduwzijden van deze godsdienst
    Er is ook een andere uitwerking van het Stockholm-syndroom. Er zijn westerlingen die zich weliswaar niet tot de islam bekeren, maar deze religie alleen maar afschilderen als mooi en prachtig. Zo heeft SP-feministe Anja Meulenbelt het verdedigen van de islam zo’n beetje tot haar levenswerk gemaakt. Ze legt op haar website zelfs uit hoe een man met een stokje zijn vrouw een ‘symbolisch tikje’ kan geven. Als Dolle Mina zou ze voor minder dan een ‘symbolisch tikje’ door het lint zijn gegaan. En als op haar weblog kritische vragen over de islam worden gesteld, worden die binnen een minuut verwijderd. Zo heftig als Meulenbelt vroeger tegen ‘vrouwenonderdrukking’ streed, zo hartstochtelijk klampt ze zich nu vast aan de ‘mildheid’ van de islam en ontkent ze hardnekkig alle scherpe randen van deze godsdienst. Desnoods ten koste van het vrije woord en de intellectuele eerlijkheid.
    Opinie Nederlands Dagblad vrijdag 2 maart Gert Jan Zegers

  11. Vind je het goed als ik zelf mijn eigen mening verkondig, Jakob?
    1. Ik sta achter vrouwen die zich emanciperen, of ze dat nu binnen of buiten de islam doen.
    2. Jouw weergave van de passage in de koran over slaan, en de manier waarop islamitische feministische vrouwen dat interpreteren is een karikatuur.
    3. Ik verdedig niet de islam, ik verdedig de vrijheid van godsdienst, zoals die is neergelegd in de grondwet.
    4. Ik keer me tegen discriminatie van mensen, ongeacht op dat op grond van huidskleur, sekse of religie plaats vindt. Ook zoals dat in de grondwet staat.
    5. Ik ontken geen enkele ‘scherpe randen’ van geen enkele godsdienst, net zoals ik de scherpe randen van de opinies van niet-godsdienstigen niet ontken. Ik ontken geen moment dat er vrijwel overal ter wereld nog ernstige onderdrukking van vrouwen plaats vindt, ook in de islamitische landen maar zeker ook daarbuiten.
    6. De scherpe randen van de huidige modieuze islamofobie vind ik minstens zo zorgelijk en daar zal ik niet mijn mond over houden.
    7. Ik geloof geen seconde dat het jou, Jacob, of Zegers, als je die citeert, te doen is om de vrouwen. Ik denk dat jij de vrouwen misbruikt om je tegen moslims af te zetten. Daar doe ik niet aan mee. En mij gaat het, anders dan jou, wel degelijk om de vrouwen zelf.
    8. Ik ben buitengewoon voor het vrije woord en voor intellectuele eerlijkheid, inclusief de mijne.
    9. Je lult uit je nekhaar, Jakob. Of je lult ene meneer Zegers na, die ook maar wat roept. Als je het met mij oneens wenst te zijn mag je de moeite doen om je te verdiepen in wat ik zeg, en hoef je niet maar wat verzinnen.

  12. Edward, zoals ik zo vaak heb gezegd leiden er wat emancipatie betreft vele wegen naar Rome – of naar Mekka. Nu zijn er maar weinig migrantenvrouwen die hun heil bij het liberalisme zoeken, omdat ze ook migranten zijn. En de liberalen, zeg de VVD en daaromtrent, worden terecht door de meerderheid van de migranten niet gezien als een partij die voor hun sociale en economische belangen opkomt. Dus stemmen de meeste migranten, inclusief de vrouwen, op links.

  13. Annemarie heeft best een punt als ze zegt dat het opnemen van nieuwkomers niet vanzelf gaat, dat het wennen is. Inderdaad is het niet gemakkelijk om ineens te moeten omgaan met mensen die ‘anders’ zijn, zeker als dat grote groepen zijn. Maar twee kanttekeningen: (i) hoewel de komst van Indische Nederlanders en Molukkers indertijd bij velen op hevig verzet stuitte, worden die mensen nu vaak aangehaald als voorbeeld van perfecte integratie (wat trouwens helemaal niet waar is, alleen zijn ze minder zichtbaar en opgegaan in de massa, we zijn aan ze gewend). Dat geldt kennelijk inmiddels ook voor Surinamers, behalve waar het om moslims gaat. En (ii) Surinamers, Indische Nederlanders hebben wij niet met zoveel woorden uitgenodigd, die kwamen gewoon als gevolg van de dekolonisatie. Ook vluchtelingen zijn niet uitdrukkelijk uitgenodigd, hoewel wij ons land natuurlijk wel voor vluchtelingen hebben opengesteld via allerlei verdragen. Maar Turken en Marokkanen (de gastarbeiders van toen) hebben wij (d.w.z. onze volksvertegenwoordiging) uitdrukkelijk wél zelf binnengehaald. Alleen hebben we er nooit bij stilgestaan dat ze zouden blijven. Hetzelfde geldt nu voor Polen en binnenkort voor Roemenen. We kunnen er dus beter maar het beste van maken, onderzoeken hoe we zo harmonieus mogelijk kunnen samenleven, zonder dat de ene of de andere groep aan de kant gezet wordt. Dat is schipperen, experimenteren, soms harde eisen stellen, maar dat is zeker niet stigmatiseren en uitsluiten of dwangmatig assimileren, zoals nu gebeurt. De regering zal moeten duidelijk maken hoe ze met de (deels terechte) klachten van het Wilders-electoraat om zal gaan. Negeren leidt inderdaad nergens toe, behalve tot opgekropte woede en mogelijk gewelddadige uitbarstingen.

  14. Naema Tahir schreef in een van haar boeken ‘migratie is wreed’. en ik moet constateren dat dat kleine zinnetje steeds bij mij komt boven drijven. Ook al zijn het mijn ouders geweest die echt zijn geëmigreed en ken ik Marokko alleen van vakanties en de afgelopen jaren zelfs iets beter. Omdat naarmate je ouder wordt het heel normaal is om meer van je roots te willen weten en begrijpen.

    Als ik tijdens mijn schoolperiodes hoorde over het toegenomen racisme in bv. Frankrijk of Duistland, dan was ik altijd blij dat mijn vader naar omzervingen in deze landen uiteindelijk terecht is gekomen in Nederland. En Naema heeft groot gelijk migratie is wreed ook al ben je in Nederland geboren en getogen en ben jezelf nooit geëmigreerd uit wat voor land dan ook. De emigratie van onze ouders en de daarbij behoren gebeurtenissen drukken hun stempel op ons door. Gister Khadija bij Nova, het houdt niet op , Who’s next? denk ik dan. Net als Aboutaleb en Albayrak en vele met hun, die nu zo onder vuur liggen. Vraag ik mij als 2 generatie toch heel serieus af, of het nog wel zin heeft om je zo in te zetten. Als dit de resultaten zijn die je over je heen krijgt van zowel de regering waar zij deel van uitmaken, als de media die alleen maar vragen kan stellen in de trant van dubbele loyaliteiten, etc.

    Hendrik Jan , ik ben erg benieuwd hoe jij vindt dat er wel met Wilders en de zijnen omgesprongen moet worden? En voor de duidelijkheid ik ben er ook niet voor om hem te negeren, maar maak me wel ernstig zorgen.

  15. Hoe herken je de Xenofoob ?

    Is Wereldvreemd.
    De allochtoon is schuldig aan alle ellende.
    Kortzichtig.
    Te lui om zich daadwerkelijk ergens in te verdiepen.
    Eigenwijs.
    Grote bek.
    Alles wat maar een beetje afwijkt is eng.
    Anti islam.
    Heeft geen perspectief in het bestaan.
    Word boos als een allochtoon iets meer heeft.
    Denkt letterlijk zwart wit.
    Leeft met oogkleppen op.

    Dit is een analyse van wat ik zelf regelmatig meemaak,ik ben ongetwijfeld onvolledig geweest dus daag ik een ieder uit om deze verder uit te breiden.

  16. B.Hoekstra, ik doe niet mee. Afgezien van het feit dat de Xenofoob niet bestaat heb ik geen enkele behoefte aan vergroten van de kloof door stickertjes te gaan plakken.

    Waarom wil je dit? Wat wil je ermee bereiken?

  17. Hoi Amal, je vraagt hoe ik denk dat je met Wilders c.s. moet omgaan. Wist ik het maar. Mijn eigen houding is ook negeren, maar dat is de makkelijkste weg en werkt denk ik contraproductief, omdat hij gevoelens verwoordt die bij veel mensen leven, irreële angsten die alleen maar erger worden als je ze ontkent. Vergelijk het met de vage klachten waarop de dokter zegt: ik kan niets vinden, u bent gezond. Dat gaat een eigen leven leiden en komt vroeg of laat tot een uitbarsting.

    Wilders kaart een aantal heel reëele problemen aan, alleen met zijn oplossingen kan ik (kunnen we) het niet eens zijn. Zijn reactie is er een van afwijzing, verdediging, de deur op slot. Veel zou al gewonnen zijn als de mensen om wie het gaat in gesprek komen met nieuwkomers en ontdekken dat bij hen dezelfde angsten leven. Als je beseft dat de ander niet zo anders is kun je samen aan oplossingen werken. Daarom is buurtwerk zo belangrijk. Verminder spanningen in die achterstandwijken. Besteed niet alleen aandacht aan de achtergestelde allochtonen, maar ook aan de net zo achtergestelde autochtonen. Met al die aandacht voor probleemallochtonen begrijp ik best dat de autochtone wijkgenoten zich gepasseerd voelen.

    Maar hoe je dit bewerkstelligd weet ik echt niet. Ik ben hoog opgeleid en woon in een wijk die op het randje balanceert. Maar ik merk zelf dat ik veel moeite heb om met mijn buren die hooguit vmbo hebben in gesprek te komen. Dat verwijt ik hen niet, dat is mijn handicap. Wij hebben een kerk die in de buurt probeert te investeren door eens in de maand een maaltijd te organiseren waarbij heel simpel bepaalde thema’s besproken worden. Via kaartjes in verschillende kleuren wordt geprobeerd de bezoekers te mengen, anders klit toch iedereen weer bij elkaar. Maar het aantal allochtone deelnemers is nihil (wat ook een beetje te maken heeft met de -onterechte- angst voor evangelisering), en de autochtonen die het het meeste nodig hebben zie je helemaal niet.

    Kranten en TV zouden ook een rol kunnen spelen door veel meer te laten blijken dat de aanwezigheid van verschillende bevolkingsgroepen normaal is. TV-series waarin allochtonen ‘gewone’ rollen spelen, kranten waarin allochtonen niet alleen als een probleem gepresenteerd worden. BN/De Stem (Brabant) bijv. is daar heel goed in, daar wordt een bestuurswisseling of een activiteit bij een moskee net zo neutraal verslagen als dat bij een kerkgenootschap gebeurt. In sommige andere kranten komen allochtonen – met name moslims – uitluitend in beeld als veroorzakers van overlast (al dan niet terecht), of wanneer ze zich tegen allerlei aantijgingen moeten verdedigen.

  18. Hoi Clara Legêne.

    Xenofoob staat voor vreemdelingenhater,neem extreem rechts aanhangers daar maar als voorbeeld van.

    Racisme is ook vandaag de dag een hardnekkig fenomeen waarbij etnische minderheden worden afgeschilderd als criminelen,islam fundamentalisten enz.

    Ik stoor mij aan dergelijke figuren om redenen die ik reeds heb aangegeven waarbij mensen worden gediscrimineerd .

    Door mensen die vreemdelingenhaat vertolken proberen te analyseren wil ik hen een spiegel voor houden en anderen die met deze mensen in aanraking komen erop attent maken.
    In plaats van dat een vreemdelingenhater zijn vizier richt op allochtonen,moeten we als samenleving ons vizier richten op het gedrag dat deze mensen vertonen en de verdervelijkheid daarvan.

  19. B.Hoekstra schrijft: Door mensen die vreemdelingenhaat vertolken proberen te analyseren wil ik hen een spiegel voor houden en anderen die met deze mensen in aanraking komen erop attent maken.

    Maar als je vreemdelingenhaatvertolkers een spiegel voor wilt houden, zit je dan niet op de verkeerde website, B.Hoekstra? Dan moet je met je lijstje naar websites waar De Xenofoben zich in het wild bevinden.

    En als ik naar mezelf kijk: ik ga echt niet met jouw checklistje in de hand iedereen met wie ik in aanraking kom lopen screenen op haar/zijn Xenofobengehalte. Ze zien me aankomen. Ik denk nog steeds dat je verder komt als je gewoon met anderen van gedachten wilt blijven/blijft wisselen.

    Ik begrijp je boosheid wel, deel hem ook helemaal, maar het lukt me niet in jouw oplossing te geloven.

  20. Beste Anja,

    Natuurlijk mag je strijden voor je ideaal van een multicultureel Nederland. We leven gelukkig in een land waar je voor je mening uit mag komen (al wordt dat niet altijd gewaardeerd). Maar voor mij hoeft een dergelijk Nederland niet meer. De reden? Ik was ooit actief aan de linkerkant: actief lid van de PvdA en actief lid van een zogeheten “anti-discriminatie comite” waar we de discriminatie en achterstelling van allochtonen bestreden. Totdat ik een jaar of tien geleden steeds vaker begon te merken dat de mensen waar ik het al die tijd voor had opgenomen, zich opeens tegen mij keerden. Om preciezer te zijn: homohaat stak opeens weer de kop op, met name in allochtone kring. Inmiddels is het in de grote steden van ons land gewoon niet meer mogelijk om “openlijk” (verschrikkelijke term trouwens, alsof het eigenlijk iets is om je voor te schamen) homo te zijn. Ik haal het tegenwoordig echt niet meer in mijn hoofd om op straat hand in hand met mijn vriend te lopen. 10-15 jaar geleden was dat echt geen probleem. En op scholen heb je tegenwoordig al helemaal geen leven meer als men denkt dat je “zo” bent. Homoseksuele leraren wordt zelfs expliciet verzocht om weer terug de kast in te gaan, omdat anders de leerlingen van allochtone afkomst en hun ouders aanstoot zouden nemen. Ik heb vrienden die moesten verhuizen nadat hun Marokkaanse buurtgenoten in de gaten kregen dat ze een stel vormen. Ze hadden geen leven meer in die buurt. En niemand doet daar iets aan; van de politie krijgt men juist het adies te verhuizen… Dat is Nederland anno 2007! Voor mij staat die fijne multiculturele samenleving inmiddels gelijk aan terug in de tijd.

    Maar ik weiger om weer terug in de kast te gaan. Ik weiger om mijn vrijheid op te geven. Ik weiger om me bij die ontwikkeling neer te leggen. Voor mij is dit een kwestie van beschaving. Daarbij voel ik me wel zeer in de steek gelaten door mijn oude strijdmakkers, door mensen zoals jij. Jullie wuiven mijn verzuchtingen en bezwaren weg en sluiten je ogen voor de nare kanten van de door jullie bejubelde multiculturele samenleving. En het zijn niet alleen de homo’s die onder de toenemende invloed van de islam in Nederland te lijden hebben. Inmmiddels zijn er heel wat wijken in de grote steden waar vrouwen en meisjes zich op straat “decent” en nederig moeten gedragen. Zo niet, dan zijn scheldpartijen en agressie hun deel. In bepaalde delen van Brussel en Parijs dragen tegenwoordig ook veel westerse vrouwen op straat een hoofddoek. Dat is de enige bescherming die ze hebben tegen de opdringerigheid van islamitische schoffies. Op die manier zijn ze tenminste geen “hoer” en worden ze nog enigszins met rust gelaten. Is dat nou de vrijheid en de emancipatie waar we hier zo hard voor gevochten hebben?

    Kom op! Heb het lef tegen dit soort dingen te ageren! Trek je mond open en kom op voor je idealen!
    En stop met het verketteren van mensen die de minder leuke aspecten van die multiculturele samenleving aan de kaak durven stellen. En stop met het sussende “zo’n vaart loopt het niet”. Want stapje voor stapje zijn we wel degelijk mooie dingen aan het verliezen.
    Gelijkheid van mannen en vrouwen en van homo’s en hetero’s wilt opofferen voor… ja voor wat eigenlijk?

    Beste Anja, jouw visie op het voorgaande zou ik zeer op prijs stellen.

    Met vriendelijke groet,
    Fred Sevriens

  21. De gouden eeuw kwam inderdaad mede tot stand dankzij rijke kooplieden gevlucht uit Antwerpen. Maar het spijt me dat ik het moet zeggen, ik vind dit onvergelijkbaar met analfabete immigranten uit het Rif gebergte. Ik ben best voor immigranten maar dan graag goed opgeleid of met een flinke zak centen (precies de criteria die immigratielanden als Australie en Canada hanteren).

  22. Je hebt niet goed gelezen wat er staat, Jan. Onze Nederlandse rijkdom hebben we voor een groot deel te danken aan buitenlandse arbeiders die hier kwamen werken, die werkten in de polders of bij de dijkaanleg, bijvoorbeeld, of die werkten als huurlingen in de legers, net zo als we nog niet zo lang geleden Turkse gastarbeiders naar Nederland haalden en daarvoor juist de meest ongeletterden uitkozen. Dus als jij voortaan alleen rijke, hoog opgeleide migranten wilt hebben, dan is dat een ferme breuk met ons verleden.

  23. Jij schrijft o.a.: ‘Nederland is altijd al in hoge mate economisch afhankelijk geweest van de nieuwkomers, zonder hen zou er geen sprake zijn geweest van een Gouden Eeuw.’

    Ik zeg: die Gouden eeuw is vooral te danken geweest aan rijke en ontwikkelde immigranten die vanuit de Zuidelijke Nederlanden naar steden als Amsterdam gevlucht waren, daarvoor had Antwerpen de positie die Amsterdam overnam. Natuurlijk heb je ook mensen nodig die het vuile werk opknappen, maar alleen daar creeer je geen hoogontwikkelde en welvarende samenleving mee. Ik weet dat dit misschien niet aardig klinkt voor een SP site, maar zo liggen de feiten nu eenmaal. En waar zijn in de afgelopen decennia de goed ontwikkelde immigranten naar toe gegaan? Niet naar Nederland, of West Europa in het algemeen, maar naar landen als Amerika, Canada en Australie. Naar Europa zijn vooral de niet ontwikkelde gelukszoekers gekomen, en daarom hebben we nu zulke integratieproblemen. Kijk naar de miljoenen die leven in de banlieues rondom Parijs: zonder opleiding, zonder werk en zonder perspectief, deze mensen een toekomst bieden in een globaliserende wereld waar wereldwijd geconcurreerd wordt op (loon)kosten is heel moeilijk. Wij hebben hoge lonen maar qua vaardigheden moeten ze concurreren met bijvoorbeeld Chinezen die werken voor een fractie van hetzelfde loon. Ik zie het als een bijna onmogelijk probleem om op te lossen, en trek daaruit de conclusie dat we die mensen beter niet naar Europa hadden moeten laten komen.

  24. Fijn dat jij die twee historici die het zo mis hebben even op hun nummer zet, Jan, en met een alternatieve geschiedenis komt. We begrijpen dus nu dat we onze welvaart te danken hebben aan mensen die heel toevallig al welvaart hadden, en die kregen dat zomaar uit de lucht aangereikt.
    Dank je wel.

  25. ok, misschien overdrijf ik, maar dat doe jij naar mijn mening ook door de nadruk te leggen op de ‘buitenlandse arbeiders’ die onze welvaart gemaakt hebben. Ik zou bijvoorbeeld nog wel eens een kosten-baten studie willen zien van de Turkse/Marokkaanse arbeiders die naar Nederland zijn gekomen en of we daar uiteindelijk als Nederlandse maatschappij rijker van geworden zijn. Maar belangrijker vind ik dat we in de toekomst bij immigratie veel beter moeten kijken of we er beter van worden en moeten selecteren op immigranten. Doen alle grote immigratielanden ook, die zijn niet gek. Af en toe krijg ik het idee dat sommigen in dit land immigratie als een soort ontwikkelingswerk zien.

  26. Er is niks tegen ontwikkelingswerk, Johan. Maar feitelijk is het toelaten van migranten in ons eigen economisch belang, zoals je de laatste tijd in de kranten hebt kunnen lezen. Door de vergrijzing hier, en het feit dat Nederlanders laat en weinig kinderen krijgen, zitten we straks met een tekort op de arbeidsmarkt.

  27. Jan schrijft: Af en toe krijg ik het idee dat sommigen in dit land immigratie als een soort ontwikkelingswerk zien.

    Ja, ik!
    Je moet er alleen wel het woordje ‘ook’ tussen zetten. Ook als een soort ontwikkelingswerk.

  28. Beste Anja Meulenbelt,

    Van verschillende zijden kreeg ik jouw commentaar/recensie op het boekje van Leo Lucassen en mij toegestuurd, onder andere door een vriendin van mij, Naeeda Aurangzeb. Het gaat hier om onze twee oraties, plus een aantal essays, waarvan er één gebaseerd is op een aantal stukken die we in de Volkskrant publiceerden. Daarachter gaat een reeks boeken schuil, op grond waarvan we dit alles durven beweren in een zo kort bestek. Maar dit terzijde. Uiteraard doen jouw woorden en standpunten over de rol van migranten mij goed, en kan ik de mensen die denken dat er in de Gouden Eeuw alleen rijke migranten naar Nederland kwamen, verwijzen naar het schitterende proefschrift van Erika Kuijpers over Amsterdam in die jaren. In het kielzog van de nieuwkomers met een gevulde beurs komen altijd mensen met een lege rugzak. Dat is bijna een wet, toen en nu. Alleen vergeten we dat ook de laaggeschoolden gebruik hebben gemaakt van de stijgingskansen van vooral steden, en dat een deel trouwens altijd is gaan behoren tot de onderklasse. Misschien mag ik, wat dat aangaat, verwijzen naar een recente bundel van ons ‘De krachtige stad. Een eeuw omgang en ontwijking’ (ook bij Bert Bakker uitgegeven) en dan in het bijzonder het hoofdstuk van Leo Lucassen over de eeuwige en deels terechte angst voor een onderklasse.

    Wat ik jammer vind, is jouw interpretatie van mijn kritiek op de wijze waar sommige ooit zo linkse jongens en meisjes van mijn eigen generatie – ik ben 55 – afgeven op de verwording van wat toen tolerantie heette. Als kind van die generatie sta ik nog altijd achter de emancipatie-ideologie en vrijheidsdrang van die tijd, de kleine sociale revolutie die zich destijds voltrok. Als kind uit een bijna analfabeet arbeidersgezin heb ik geprofiteerd van de verworvenheden van die tijd, net zoals jij dat als vrouwe hebt gedaan. Ik geef dus op geen enkele wijze af op de voorhoede van die tijd. In een aantal boeken ‘Stadskind’ en ‘Stadsblues’ heb ik, in reeksen persoonlijke verhalen, juist geprobeerd te laten zien hoe die tijd inwerkte en uitwerkte op een Haagse jongen zoals ik. Dus absoluut geen afgeven op die idealen. Ik ben juist verbaasd dat de Scheffers en consorten zo eenzijdig kunnen reageren op de emancipatie van migrantenjongeren nu. Zijn ongeduld hekel ik, en zijn bekeringsdrang tot een abstract westers ideaal. Volgens mij sluiten jouw en mijn standpunten naadloos bij elkaar aan. Lees ‘Stadsblues. Kroniek van de jaren zestig’ en je begrijpt wat ik bedoel.

    Het leek me toch goed hier even op te reageren, om dit misverstand uit de wereld te helpen. Want dat zou ik jammer vinden, zeker na zo’n serieus commentaar op ons boekje. Hoop meer van je te horen.

    Met hartelijke groet, Wim Willems

  29. Leuk dat je reageert Wim. Ik zit nu in Straatsburg, voor de Raad van Europa,
    en reageer even snel tussen de bedrijven door. Ik kom er nog op terug!

  30. Annemarie vind jij ondertusse niet dat migranten een deel uitmaken van De Nederlandse cultuur? Heb jij in een tijd geleefd zonder allochtonen en nieuwe binnenkomers? Nee…? Waar oordeel je dan over?! Er gaan meer Nederlanders het land uit dan dat er buitenlanders het land in komen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *