Christendommelijk venijn


(Jan den Hertog)

Nu de ChristenUnie en de SGP samen met de PVV weer eens kamervragen gaan stellen om de minister zover te krijgen dat hij de ’terroristenaanhangers’ van de Gaza-boot strafrechtelijk gaat onderzoeken, en de activiteiten alvast maar verbieden – wat de minister niet gaat doen omdat hij dat niet kan – mag er wel even meer aandacht zijn voor de christenen die nog christenen zijn – dat wil zeggen die niet volautomatisch het nederzettingenbeleid en de onderdrukking van Palestijnen (ook de christelijke!) toejuichen. De christenen die niet, in de woorden van Den Hertog, denken dat God een zionist is, en kiest voor één volk tegen een ander. Hier het stuk dat de voorzitter van de Vrienden van Sabeel, Jan den Hertog schreef naar aanleiding van een congres dat ‘Christenen voor Israël’ hield over antisemitisme.

Jan den Hertog:
Onlangs bezocht ik een congres over antisemitisme, georganiseerd door de groepering ‘Christenen voor Israel’. Ik had me daarvoor aangemeld omdat een van de sprekers, ds. Poot, in de aankondiging op zeer suggestieve wijze een link legde tussen Sabeel en het antisemitisme in de kerk. Het zou een groot artikel vergen om alle halve waarheden en suggestieve beschuldigingen die op de congresdag werden geuit, te ontzenuwen. Ik volsta met een paar punten van zorg:

1. Terecht typeerde het parlementslid Van der Staaij het antisemitisme als een gif: een stof die soms onzichtbaar een heel mechanisme te gronde kan richten. Een gif dat op alle mogelijke manieren bestreden moet worden. Maar noch door hem, noch door de andere sprekers werd een verbinding gelegd met andere vormen van racisme die anderen treffen en die even dehumaniserend werken.
Een gevolg van het eenzijdig aandacht besteden aan het joodse lijden, de Shoa en de herdenking daarvan, is o.a. het vrijwel blind zijn voor het lijden van anderen en het onrecht dat hen wordt aangedaan. Dat werd o.a. duidelijk in de bijdrage van de heer Gerstenfeld die als een van de voorbeelden van geschiedvervalsing noemt: het uitwissen van herinneringen.
Geen woord bij hem en de andere inleiders over de Israëlische politiek die zich juist richt op het vernietigen van de Palestijnse geschiedenis en herinnering. Op zo’n moment herinner ik me de verhalen van Palestijnen afkomstig uit één van de ruim 400 Arabische dorpen en steden die na 1948 verwoest zijn of onherkenbaar verjoodst. De forse aanval die Gerstenfeld deed op voorstanders van de Nakba herdenking toonde zijn val in eigen zwaard.
Ik noem hier ook de dappere Israëlische en Palestijnse intellectuelen, zoals Gur Ze’ev, Pappe, Bishara en Said die manieren zoeken om de universele betekenis van de Shoa te erkennen, zonder daarmee het onrecht en lijden dat andere volken is en wordt aangedaan te minimaliseren.
De waarneming van de (joodse) Tony Judt, dat lokaal gebruik van een universeel kwaad tot banalisering van het kwaad leidt, lijkt vergeten.

2. Deze verengde focus op antisemitisme leidt er ook toe dat de sprekers er zich niet van bewust lijken te zijn dat zij al doende bezig zijn een vergelijkbaar gif te verspreiden.
Naast de al genoemde Gerstenfeld die later op de dag de oprichter van Sabeel, Naim Ateek een haat-theoloog noemde, gaf ook de heer Jansen (S. Wiesenthal instituut, Brussel) blijk van een stuitende eenzijdigheid. Bij herhaling sprak hij van een ‘virulente haatcampagne’ tegen Israël door de Palestijnse Autoriteit, zonder ook maar één voorbeeld te noemen van vredesinitiatieven die zowel door Palestijnse als Arabische leiders genomen zijn. Zijn deze heren zich bewust van de agressieve wijze waarop zij een negatieve beeldvorming creëren?

3. Bij de sprekers over antisemitisme en antizionisme en de mogelijke bronnen daarvan ontbreekt m.i. een analyse van de bezetting en de uitwerking daarvan geheel.
Erger nog: het feit van de illegale bezetting wordt ontkend. Het bruuskeren door Israël en haar ‘vrienden’ van het internationaal recht blijkt door de overgrote meerderheid van de aanwezigen in de zaal gesteund te worden.
Op mijn vraag aan het panel of de bezetting die beide volken corrumpeert misschien bijdraagt aan antizionistische opstellingen, reageerde de heer M. Leerling met een forse ontkenning van de bezetting. Zijn openlijke steun aan de nederzettingenpolitiek werd door de zaal gehonoreerd met een krachtig en spontaan applaus. In mijn oren klonk dit applaus als een geweersalvo. De parlementsleden die aan deze conferentie meewerkten hebben zich er niet van gedistantieerd!

Tot slot: de suggestieve inbreng van ds. Poot nodigde mij op geen enkele manier uit om daarover in gesprek te gaan. Slechts de Bijbelse handreiking ‘spreek geen vals getuigenis’ kwam me spontaan in gedachten tijdens zijn theologische uitweidingen die gevaarlijk dicht in de buurt van een ‘Blut und Boden’-theorie komen. Als ergens een theologie geperverteerd is tot een ideologie, dan hier: niet alleen rekende hij Abraham tot de zionisten, ook God werd door hem een zionist genoemd. En daarmee staan uiteraard de Palestijnen die zich terecht tegen de bezetting en onteigeningen verzetten, per definitie aan de verkeerde kant.

Jan den Hertog. Culemborg, april 2011.

Jan den Hertog, hier.

2 gedachten over “Christendommelijk venijn

  1. Het hoort bij de vaste nummers van de rechts/islamofoob/pro-Israel en anti Palestijnse hoek om websites te bestoken met allerlei halve waarheden en hele leugens over ‘de moslimterroristen’ die bezig zouden zijn om christenen af te slachten, van der Berg. Zeker gebeuren er zaken, zoals tegen de christelijke Kopten in Egypte waar we tegen moeten protesteren. De Palestijnse christenen, hebben daarentegen zeer veel meer te lijden van de Israelische bezetting en van het wegkijken van de zogenaamde christenen hier, dan van de moslims. En zolang lui als jij dat niet onder ogen wensen te zien hoef je de vaste propagandanummers hier niet af te draaien.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *