Les over gender (8)

Vrouwen worden vaak gezien als het afhankelijke geslacht. Mannen als zelfstandiger. De vraag is of dat waar is. Vrouwen lijken afhankelijker van goedkeuring. Maar het is de vraag hoeveel ‘goedkeuring’ mannen automatisch krijgen van vrouwen die gewend zijn om te glimlachen (de vrouwelijke glimlach lijkt in veel vrouwenberoepen deel van het uniform), die er geen moeite mee hebben om ondergeschikt te zijn, en die geleerd hebben subtiel te vlijen, naar een man op te kijken, hem aan het woord te laten, die er, kortom, in getraind zijn om hem ‘groter’ te laten lijken.

De mannelijke afkeuring van vrouwen die dat niet automatisch doen zegt iets over de mate waarin hij er op rekent dat vrouwen die complementaire rol tegenover hem zullen spelen. Veel mannen hoeven niet te ervaren hoe afhankelijk ze zijn zolang vrouwen bereid zijn ongevraagd de diensten te verlenen waar hij als kind al aan gewend was. Iets van die, vooral ontkende afhankelijkheid, kunnen we illustreren aan de hand van een zeer extreem voorbeeld: moord. Er zijn meer mannen die een vrouwelijke partner vermoorden dan omgekeerd, maar ook de motieven zijn interessant. Het grootste risico voor een vrouw om door een partner gedood te worden vindt plaats op het moment dat ze zich aan zijn controle dreigt te onttrekken, bijvoorbeeld als ze hem wil verlaten dan wel al is weggelopen. Kennelijk is dat het moment dat een man overspoelt kan worden door een heftige, niet te controleren en kinderlijke angst voor verlating, en woede op de vrouw die hem dat aandoet. Achter de moord van een vrouw op haar man schuilt vaker een ander verhaal: als een vrouw een man doodt is dat meestal omdat ze geen andere manier meer weet om van hem af te komen. Meestal is er een lange geschiedenis aan dreiging en mishandeling aan vooraf gegaan. Vrouwen worden vaker gezien als bezitterig, omklemmend, controlerend, en zonder twijfel zijn er vrouwen die bang zijn voor het verlies van de relatie. Die angst, de ander te verliezen, de moeder opnieuw te verliezen, wordt door mannen vaker ontkend, en komt daarom, als alle verdrongen gevoelens, om zo heftiger en onvoorspelbaarder terug.

Dit is misschien het moment voor een paar waarschuwende opmerkingen. Om iets van de patronen duidelijk te maken, ik ga daarin verder dan Chodorow zelf, voorzichtig als ze is, gebruik ik extreme voorbeelden, en ik heb het over ‘mannen’ en ‘vrouwen’ alsof die twee categorieen met hun verschillende eigenschappen en levenshouding in overzichtelijk zwart-wit van elkaar te onderscheiden zijn, alsof mannen echt van Mars komen en vrouwen van Venus. Maar vrouwen en mannen lijken meer op elkaar dan de mens lijkt op andere levende wezens. De variaties binnen de groep vrouwen en binnen de groep mannen is veel groter dan in deze manier van theorie bedrijven zichtbaar wordt. Afhankelijk van de individuele levensgeschiedenissen zijn er ook vrouwen die bindingen af houden en mannen die niet bang zijn voor intimiteit, voor de nabijheid aan vrouwen. We hebben het hier over neigingen, tendensen, om daar vervolgens weer van los te komen en te nuanceren. Verder zie ik hoe verleidelijk het is om de theorie van Chodorow te gebruiken als allomvattende, alleenzaligmakende verklaring voor alle konstateerbare of vermeende sekseverschillen. Dogmatisch gelezen lijkt Chodorow te zeggen dat alle vrouwen door hun vroege ontwikkeling empathisch, verzorgend en op harmonie ingesteld zijn, terwijl alle mannen onsensibele, emotioneel afgesloten wezens zijn geworden, en dat, gezien het gaat om pre-oedipale ontwikkeling, niet meer kan veranderen. Een nieuwe vorm van determinisme. Zo wordt de theorie soms ook gebruikt, zoals onder andere, min of meer, door Carol Gilligan met haar visie op de vrouwelijke zorgmoraal (waarover meer in hoofdstuk 5 ) Het lijkt op behoefte aan genoegdoening: zeiden mannen zo lang dat vrouwen niet kunnen denken, nu zeggen wij dat mannen niet kunnen voelen. Chodorow zelf verzet zich in een latere publicatie tegen dit gebruik van haar theorie, het gaat niet om ‘de psychologie van de vrouw’, alsof alle vrouwen, eenmaal door hun eerste ontwikkelingsfase heen, hetzelfde zijn geworden, het gaat om een psychologische grondhouding die vele varianten kan vertonen (Chodorow 1996) Ik zie de theorie van Chodorow, de beschrijving van de vroegere ‘gendered’ persoonlijkheidsontwikkeling als een manier om na te denken over de verschillen tussen vrouwen en mannen, maar zeker niet als de enige. Er zijn meer invloeden dan de psychologie. Maar wat Chodorow vooral verklaart is de dieperliggende, vaak niet bewuste emotionele onderlaag die verandering niet onmogelijk, maar wel moeilijk maakt. We kunnen Chodorow lezen, niet als het laatste en enige antwoord op de vraag waar sekseverschillen vandaan komen, maar als een werkhypothese, als een zoekschema dat nog ingevuld kan worden met alle menselijke varianten die we tegenkomen.

Deel 9, hier

Eén gedachte over “Les over gender (8)

  1. Konden mannen ook maar niet denken.

    Nee beetje ongenuanceerd, weet ik, maar denken is nog geen weten en voelen is dat zeker wel. Kan goed zijn dat mannen denken beter ontwikkelde en vrouwen mochten blijven voelen zoals zij dat als kind al deden – net als jongetjes overigens.
    Die onbewuste emotionele onderlaag maakt verandering niet alleen moeilijk maar zelfs onmogelijk. Immers wij kunnen enkel veranderen door be-grijpen en daar is bewustzijn wel degelijk voor mogelijk, enkele bijzondere (hypno)therapieën daargelaten.

    Maatschappelijk valt er nog een hoop te leren en zolang er nog typisch mannen en vrouwen verdelingen & beroepen bestaan, zal er naast het “wie krijgt de kinderen”vraag toch wel wat beter naar de overeenkomsten gekeken mogen worden, teneinde veranderingen aan te kunnen en vooral te durven brengen. Mannen voor-al zijn daar bang voor.
    Ik geloof niet dat mannen sterker zijn, zeker psychisch niet. Daarnaast vind ik persoonlijk dat kwetsbaarheid een kracht is. Misschien geen opvatting van alle dag, maar wel een die een mens zichtbaar maakt in zijn/haar hele wezen. Beter dan welk masker dan ook, waarachter wij, geconditioneerd als wij zijn, behoren tot de levende doden…………..

    Ik denk, dus ik ben in de war!
    Ik voel dus ik besta……………

    Thomas

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *