Bezetting per bureaucratie

rreis-3.jpg
(Wachten bij checkpoint Bethlehem)

Bij het woord bezetting denken de meeste mensen aan legers die een land onder de voet lopen, en de bevolking aan hun macht onderwerpen. Dat is één vorm waarin we bezetting waar kunnen nemen. Ga een uurtje bij checkpoint Kalandia of het checkpoint bij Bethlehem kijken en je weet dat het Israëlische leger er niet alleen is om het land en de eigen bevolking te verdedigen als wel vooral om dienst te doen als bezettingsleger.

Maar dat is maar een deel van het verhaal. De Israëlische heerschappij over de Palestijnen heeft nog een andere vorm: dat Palestijnen voor een lijst van vrijheden die voor ons in een vrije democratie heel gewoon zijn vergunningen nodig hebben – bijvoorbeeld dat je je in je eigen land vrij mag bewegen, dat je naar het ziekenhuis kunt, je familie kunt bezoeken, dat je kinderen naar school kunnen, dat je met een lading eieren die je naar de markt wilt brengen de openbare weg op kunt met je vrachtwagentje, dat je kerstmis mag vieren waar je wilt.

Er zijn 101 verschillende vergunningen speciaal voor Palestijnen: de meest voorkomende is een vergunning om in Israël te mogen werken, of te mogen werken in een Israëlische nederzetting op de Westoever. Er zijn aparte vergunningen voor gelovigen om vrijdags op de Tempelberg te mogen bidden, verschillend voor de mensen die voor de moskee werken en voor de anderen. Er zijn medische vergunningen, aparte voor ambulancebestuurders en artsen, en weer andere voor Palestijnen die aan de ene of de andere kant van de muur wonen. Je hebt weer een andere vergunning nodig om een patiënt te begeleiden naar het ziekenhuis en nog een andere als dat gaat per ambulance. Je moet een vergunning aanvragen om bij een huwelijk in Israël te zijn, of voor een begrafenis, voor een werkoverleg of voor een bezoek aan de rechtbank. Voor boeren is er een keur van vergunningen nodig om hun eigen land te mogen bezoeken als dat aan de verkeerde kant van de muur terecht is gekomen.

rreis-6.jpg

Het zijn niet alleen de Palestijnen die eindeloos in rijen moeten staan, af moeten wachten, moeten voldoen aan steeds weer veranderende eisen, of te horen krijgen dat ze een vergunning niet krijgen zonder te weten wat er dan fout is – hebben ze de verkeerde leeftijd, staan ze om wat voor reden dan ook op een zwarte lijst, hebben ze een familielid dat in de gevangenis heeft gezeten? (Veertig procent van de volwassen mannelijke bevolking in Palestina heeft wel eens gezeten). Het kost geld, het kost tijd. En heb je een vergunning dan moet je nog maar afwachten of de regels niet veranderen waar je bijstaat: de soldaten doen de poort in de muur niet open, het personeel bij grensovergang Erez is net in staking en de grens blijft dicht, er wordt opeens besloten dat er op sabbath niet gewerkt wordt (bombarderen op sabbath mag wel, de grens opendoen voor Palestijnen met een uitreisvergunning of die weer naar huis moeten mag niet). Ook de buitenlanders die in Palestina werken krijgen met eindeloos veranderende regels en nieuwe bureaucratie te maken: in de tijd dat wij van Stichting Kifaia naar Gaza gaan zijn de instanties die zich ermee bemoeien of wij er in mogen, op welk moment, en hoelang al tig keer veranderd. De VN, die in Gaza het werk doen dat eigenlijk door Israël als bezettende macht gedaan zou moeten worden, hebben uitgerekend dat ze 20% van hun werktijd kwijt zijn aan het verkrijgen van vergunningen, de aanvraag, het wachten, de vernieuwde aanvragen, en het oplossen van problemen. Dat kennen wij ook: sta je bij de grens, zegt de officier doodleuk dat een van de vijf mensen toestemming heeft om Gaza in te gaan, maar vier niet. En aangezien je die toestemming nooit per e-mail krijgt, maar telefonisch, kun je niet bewijzen dat ze daar gisteren nog anders over dachten. En moet je instanties gaan bellen, je voet bij stuk houden en je niet weg laten sturen en maar weer het beste hopen. (We kwamen er na een uur allemaal door, die keer.)

Er is nog een voordeel aan dat vergunningensysteem, vanuit het Israëlische standpunt bekeken dan: de Shin Bet – de geheime veiligheidsdienst die geen verantwoording af hoeft te leggen aan het parlement, gebruikt het vergunningensysteem om mensen onder druk te zetten om te collaboreren. Je krijgt je vergunning – om naar het buitenland te reizen voor je werk, om naar het ziekenhuis te gaan voor een chemotherapie tegen kanker, om met je gehandicapte kind hulp te krijgen, om bij de begrafenis van je vader te kunnen zijn – als je even wat informatie wilt geven aan de Shin Beth, over wie er in jouw buurt wapens zou hebben, bijvoorbeeld, of wie er lid zijn van welke politieke groeperingen. Heb je eenmaal een keer de Shin Beth van misschien nog tamelijk onschuldige informatie voorzien, dan kunnen ze dreigen dat uit te laten lekken, waarna er voor veel mensen niets anders opzit dan mee te werken, dan wel de vergunning maar te laten schieten en gewoon in Gaza dood te gaan of je vader die op sterven ligt niet meer te zien. (Ik heb de informatie over die ‘gesprekjes’ in de kelders van grenspost Erez uit eerste hand. Er zijn mensen die alleen al om die reden liever bij Rafah Gaza uitgaan, ook al is dat ook niet gemakkelijk, om niet onder verdenking te komen dat ze samenwerken met de Israëli’s als ze er bij Erez uitgaan. Mocht dat al lukken, dus.)

De woordvoerder van COGAT zegt beleefd dat ze zich bewust zijn van de problemen en in het komende jaar de procedures zullen evalueren om ze eventueel te ‘stroomlijnen’.

Bron: Ha’aretz, Hier

Meer foto’s van checkpoint Bethlehem, hier.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *