Na de verkiezingen: zoeken naar antwoorden (3)

Kloof tussen hoog en laag

Jet Bussemaker (staatsecretaris, PvdA) zei het gisteren in Buitenhof: “we zijn de koppeling met de lager opgeleiden kwijtgeraakt”. Eens werd zij lid van de PvdA met de gedachte, de wens, om intellectuelen in een partij te verbinden met de lager opgeleide mensen in onze maatschappij.

Mark Bovens werd ook geciteerd in de Volkskrant, als eerste reactie op de verkiezingsuitslag: het gaat om een nieuwe verscheurdheid in de maatschappij, tussen lager opgeleide, nationalistische kiezers, en de hoger opgeleide, meer kosmopolitisch ingestelde mensen. En het zijn voornamelijk de lager opgeleiden die achter het ‘eigen volk eerst’ en ‘vol is vol’ van Wilders aanlopen.

En hier Evelien Tonkens:

Er is volgens mij een andere oorzaak van het populisme, waarover zelden gesproken wordt, namelijk de teloorgang van verticale bindingen tussen de hoger en de lager klassen. Tussen hoger en lager opgeleiden, machtigen en machtelozen, rijken en armen. Vroeger ontmoetten die elkaar nog in de zuilen: in de kerk, politieke partijen, vrijwilligersorganisaties, en op het werk. In kleine bedrijven waar de baas nog op de werkvloer kwam. In het huis van de hogere klasse waar de lagere klasse in dienst was. Daar was zeker veel op tegen, maar er was wel persoonlijke interactie tussen de klassen. Nu komen ze elkaar nog zelden tegen.
De meeste mensen hebben alleen nog contact met mensen uit hun eigen klasse. En dus voelen veel lager opgeleiden zich misschien niet mondig, maar vooral niet vertegenwoordigd. Terecht, want in het parlement zitten intussen minder lager opgeleiden dan ooit.

Evelien Tonkens, hier.

Zit daar iets in?

Een kleine anekdote. Het was een partijraad van de SP. Daar werd ons een overzicht gepresenteerd van de SP-leden, en geconstateerd werd dat het opleidingsniveau van de leden was gestegen. Haast automatisch begon de zaal te klappen. Ik klapte niet: ik heb er niks tegen dat de SP ook hoger opgeleide leden heeft, ik ben er zelf een, maar het belangrijke is nu juist dat de SP als een van de weinige partijen werkelijk kontakt heeft met de sociaal-economische ‘lagere’ lagen van de bevolking, en meer dan dat: dat zij in onze partij actief en vertegenwoordigd zijn. Naast mij zat nog iemand die niet klapte maar zorgelijk keek, en dat was Jan Marijnissen.

Het gaat dus opnieuw over klasseverschillen, maar nu in een ander, en verhulder jasje. Er waren tijden dat mensen het aanvaardbaar vonden dat er standsverschillen waren. Tijden waarin een vrouw uit de arbeidersklasse met juffrouw werd aangesproken, ongeacht haar huwelijkse staat en die uit de hogere met mevrouw. Er waren tijden een heer een hoed droeg, maar Jan met de pet – een pet. De kerk droeg er zeer aan bij om standsverschillen in stand te houden, door de hemel te beloven aan diegenen die zich vroom schikten in hun lot, en niet opstandig werden.

Tegenwoordig doen we alsof er geen standenmaatschappij meer is, alsof ‘iedereen die wil wat kan bereiken’ (zo kreeg ik dat als ondernemersdochter van huis uit mee) en iedereen die niet hogerop kwam en arm bleef had dat dus aan zichzelf te danken. En dat in een wereld waarin de commercie mensen dagelijks bedelft met begerenswaardige statussymbolen, waarmee je kunt laten zien dat je ‘iemand’ bent, geslaagd, eigen huis, dure vakanties, een vrouw met designertieten, en minstens een mooie auto voor de deur.

Hier komen we aan een andere kloof tussen de bevolkingsgroepen die Tonkens omschrijft als hoog- en laagopgeleid. Intellectuelen halen over het algemeen hun bevrediging niet uit commerciele statussymbolen, hebben die niet nodig om ‘iemand’ te zijn – mensen overigens die tevreden zijn in een mooi beroep en daar voldoening uithalen ook niet, en andere mensen met een andere invulling van hun leven gebaseerd op soberheid, sommige christenen bijvoorbeeld. Kunstenaars. Socialisten misschien, mensen die bewuste keuzes maken voor idealen.

Maar er zij ook mensen die het gevoel hebben dat ze niet krijgen waar ze eigenlijk recht op hebben, en het lijkt mij geen toeval dat dat vaker mannen zijn dan vrouwen, die sowieso (in verhouding) minder statusgevoelig zijn. (Ik geloof bijvoorbeeld ook niet dat het alleen het ‘glazen plafond’ is dat vrouwen tegenhoudt om een positie aan de top te bereiken, ik denk echt dat er minder vrouwen zijn die daar zin in hebben. Ik ben er zelf ook zo een.) De vraag is dus, zeker ook voor een politieke partij die op wil komen voor de onderkant van de maatschappij, en die tot doel heeft om de kloof tussen arm en rijk, tussen kansarm en kansrijk te verkleinen: wat voor antwoord hebben we op de onvrede van onderop? Niet alleen: luisteren we voldoende? (Ik denk van wel) Maar: hebben we ook voldoende antwoord en komt dat antwoord over? Wat is het alternatief voor de knollen die de PVV voor citroenen verkoopt?

We hebben nog nauwelijks zicht op wie de kiezers zijn van Wilders en wat ze er toe brengt om om de PVV te stemmen. Maar dit horen we wel: het zijn vaker mannen dan vrouwen, en er zit een stevige groep mannen in van boven de vijftig. Ik zou het wel als een onderzoekshypothese willen zien dat dat mannen zijn die zich om allerlei redenen, vermeend of reëel, miskend, afgewezen, niet geslaagd voelen, en de behoefte hebben dat op anderen af te wentelen. (Ook hier een sekseverschil: vrouwen hebben de neiging ‘mislukking’ vaker te internaliseren, dat wil zeggen het aan zich zelf te wijten, en mannen ‘externaliseren’ vaker: en wijten pech vooral aan omstandigheden of anderen.)

Dat verklaart dan ook waarom het niet alleen de uitgekozen zondebok is, de ‘allochtoon’ die verantwoordelijk wordt gesteld voor alle ellende, maar dat ook gepaard gaat met een afzetten tegen intellectuelen, tegen de mensen die gezien worden als ‘de elite’, ‘de grachtengordel’, de mensen die het zo makkelijk hebben – niet toevallig dat Wilders al bezig is om zijn tweede vijandbeeld te lanceren. Een mooi rookgordijn tevens, die moet verhullen dat er geen man zo geil is op het pluche als hij.

Ik zei het al eerder: we hebben inmiddels een ferme plank vol met studies naar moslims cq Marokkanen in Nederland, omdat we net doen alsof zij het probleem zijn, de identified patient. Maar wordt het niet tijd dat we meer begrijpen van die andere patient: de ontevreden autochtone kiezer, die die onvrede vooral uit in wrok en wraak, en zich afzet tegen de politieke ‘elite’ die nu maar eens bestraft moet worden? Ook als ze daarmee vooral hun eigen ruiten ingooien?

Vandaag schreef Rob Schouten een persoonlijk getinte column in Trouw, over de polarisatie die hij ook in zichzelf bespeurt:

Sinds de opkomst van eerst de LPF en nu de partijen van Wilders en Verdonk, met hun ongeneerde mobilisatie van de onderbuikgevoelens, voel ik mij steeds verder verwijderd van wat vroeger de heffe des volks heette. Ik vind de PVV een nare en egoistische partij waar ik niks mee te maken wil hebben en beschouw de stemmers erop als misleide zielen die hoofdzakelijk uit angst en bekrompenheid handelen. Zo, dat is er uit. En als zo’n nare kleingeestige partij de trom roert ga je je vanzelf, als natuurlijke reactie als het ware, wat elitair voelen, en je droomt van zaken als meritocratie, en zelfs wel eens aan herinvoering van het censuskiesrecht, en of je niet naar een ander land moet emigreren waar ze zulke verscheurende maatschappelijke tegenstellingen niet hebben. De onderbuikgevoelens van de hoger opgeleide zal ik maar zeggen. Zo voel je als het ware de polarisatie in jezelf plaatsvinden.

Een eerlijke en pijnlijke constatering.

20 gedachten over “Na de verkiezingen: zoeken naar antwoorden (3)

  1. Wat is het toch een kwalijke zaak dat er zo veel ‘opiniemakers’ bestaan, die het nodig vinden om het sociologische fabeltje te blijven herhalen, dat het ‘populistische’ electoraat vooral in de lagere sociale klassen te localiseren valt. De PVV als Tokkie-partij – lang leve het censuskiesrecht.

    Mooi voorbeeld in de Volkskrant van vandaag. Ene Frank van den Broek van een lokale partij in Oss heeft het volgende te melden: Oss is een echte arbeidersstad “en het is dan ook niet verbazend dat de PVV het daar beter doet dan bijvoorbeeld in Wassenaar”.
    Een blik op de website van de NOS ‘Europa kiest’ leert ons dat de PVV in Oss 16,9% wist te halen, in Wassenaar daarintegen 20,2%. Jammer, Frank. Het algemene beeld is nu juist dat Wilders het beter doet in de ‘suburbs’ dan in de centrale steden.

    Ik zou een karrevracht aan academische studies kunnen citeren waarin het idee van het ‘populisme’ van de LPF en de PVV als manifestatie van ‘de rechtse arbeidersklasse’ naar het rijk der fabelen wordt verwezen. Vanwege de ruimtebeperking noem slechts het onderzoek van de Rotterdamse bureau voor de statistiek en de verschillende kiezersonderzoeken van politicologen als Van der Praag, Fennema en v/d Brug. Allemaal concluderen zij 1) dat er een kleine oververtegenwoordiging van lager opgeleiden bestaat en 2) het populistiche electoraat everredig over de inkomensgroepen is verdeeld.

    Het idee van een rechts proletariaat is even onzinnig als het idee van een linkse elite.

  2. Het idee dat er een rechts proletariaat bestaat is natuurlijk helemaal niet onzinnig, Rick, er is, dus, alleen niet gezegd dat het hele proletariaat rechts is – waar we als SPers natuurlijk ook over mee kunnen praten want een flink deel van het linkse proletariaat zit bij ons. Ook is niet gezegd dat dat zou betekenen dat er niet ook hoger opgeleide mensen Wilders aanhangers geworden zijn, want dat hadden we al vernomen.

    Het is dus heel goed mogelijk dat er verschillende motieven zijn voor verschillende bevolkingsgroepen om PVV aanhangers te worden, en het is ook mogelijk dat er voor een deel van dat electoraat wel degelijk iets meespeelt zoals hierboven wordt geschetst, een ervaren kloof tussen de ‘elite’, en de ‘gewone, hardwerkende mensen’, het is niet voor niets dat Wilders daar als beroepspopulist op inspeelt. Net zo min als je kunt beweren dat de lagere klassen natuurlijke PVV aanhangers zijn kun je zeggen dat ze vanzelfsprekend links zijn, al ben ik geneigd met mijn linkse opvattingen om te denken dat ze zouden kunnen weten dat hun belangen daar liggen, en niet bij iemand als Wilders die afkomstig is uit de VVD en niet toevallig.

    Ook kun je niet ontkennen dat er zoiets bestaat als een linkse elite, al is het woord elite daarbij niet mijn keuze: en dat zijn mensen die om andere motieven links zijn dan hun eigen sociaal-economische belangen. Daar hoor ik bij, en een flink deel van mijn fractiegenoten hoort daar bij. Waarmee dus ook niet gezegd is dat alle hoog opgeleiden en intellectuelen links zijn – dat zou een zwaar geval van wishful thinking zijn. Uiteraard kennen we een massa hoog opgeleide mensen die denken dat hun belangen aan de rechterkant van het politieke spectrum veiliger zijn. Wat nog niet betekent dat je daarom ook nog anti-moslim en anti-migrant moet worden.

    Je hebt er dus wat mij betreft gelijk in als je een nieuw stereotype denken in Tokkie-trant wilt voorkomen. Maar evenmin helpt het dan om de andere kant op te schieten en niet onder ogen te zien dat de Wilders aanhangers ook bestaan uit bewoners van de oude wijken die moslims als de grootste vijand zien, dan wel de bewoners uit de nu nog blanke wijken daaromheen die bang gemaakt zijn voor de hordes die nog gaan komen.

    En dan is het dus de vraag wat de motieven zijn van de hoger opgeleide PVV fans – waar we nog heel weinig over weten.

    Het laatste woord is er dus nog niet over gesproken.

  3. “Uiteraard kennen we een massa hoog opgeleide mensen die denken dat hun belangen aan de rechterkant van het politieke spectrum veiliger zijn.”

    Wacht even, hier impliceer je dat hoogopgeleiden die voor ‘rechts’ kiezen, dit puur en alleen uit zelfbelang doen. Dat is m.i. een oude valkuil van ‘links’, want het zet de deur open naar een moreel superioriteitsgevoel. Er zijn genoeg mensen die ‘rechts’ stemmen omdat het hun oprechte overtuiging is dat een maatschappij en haar inwoners gebaat zijn bij weinig overheidsbemoeienis en het zelf aanpakken van kansen.

  4. En toevallig komt dat ook reuze uit met hun eigenbelang – en zijn ze altijd bereid in de bres te springen voor de grote ondernemers, en moeten ze nooit iets horen van de kloof tussen arm en rijk, die idealisten, en willen ze ook niets weten over de rol die banken hebben gespeeld bij de huidige crisis, en zijn ze er altijd tegen als die idiote topsalarissen worden aangepakt – kom op zeg, ik zit niet voor niets wekelijks met de VVD in de kamer. Geweldige idealisten die er nooit van hebben gehoord dat het zelf aanpakken van kansen wel iets eenvoudiger is als je uit de hogere klasse komt zeker.

    Ook rechts is heel goed in staat om hun eigenbelang met een mooi en oprecht ideologisch sausje te overgieten. Het is voor hun eigen bestwil, als we hun uitkeringen korten, dat werk.

    Ik vind het ruimschoots moreel superieur om te streven naar een maatschappij met meer gelijkheid en gelijkwaardigheid, ik kan dat iedereen van harte aanraden.

  5. Het is alleen de vraag of je met een uitkeringenfabriek de gelijkheid en gelijkwaardigheid eerder bereikt dan met een lage belastingen en dito uitkeringen.

    Eén ding staat vast, ik kom net uit de VS, een maatschappij die lage belastingen en uitkeringen heeft geeft wel veel grotere kans op zelfontplooing dan het betuttelende systeem dat PvdA, CU en SP voorstaan

  6. De VS heeft een veel groter percentage armen die je vrijwel hopeloos kunt noemen, Vanes. In geen enkele andere westerse maatschappij zit zo’n groot deel van de bevolking in de gevangenis. Misschien hebben de berichten over de nieuwe armen – na de crisis – je niet bereikt, maar er zijn complete tentenkampen van mensen die werkloos werden en hun huur of hypotheek niet meer konden betalen en op straat staan, want een vangnet is er voor hen niet. De gaarkeukens konden het niet meer bijbenen.
    Of dat een leuk land is, met veel ontplooiingskansen, hangt er dus maar van af of je aan de goede kant van de scheidslijn zit – en daar kunt blijven. De VS heeft mooie sprookjes, maar veel krantenjongens die miljonair zijn geworden hebben ze er niet.

    En wij hebben het dan ook niet over een uitkeringenfabriek. Mensen in Nederland staan behoorlijk onder druk om te werken, veel van het sociale vangnet waar we eens trots op waren is al afgebroken, we hebben niet voor niets te maken met de nieuwe armoede van mensen die het van een laagbetaalde baan of van een noodzakelijke uitkering niet redden. De voedselbanken zijn er niet voor niets. Maar al met al is het nog een flinke gradatie beter dan in de VS. Tenzij je erg van de ikke ikke en de rest kan stikken school bent.

  7. Anja, niemand is tegen gelijkheid of gelijkwaardigheid, tenminste normale mensen niet. Het verschil tussen ‘links’ en ‘rechts’ zit ‘m in de vraag in hoeverre de overheid een rol moet hebben in de herverdeling van inkomen.

    Verder ben ik, alhoewel niet links, zwaar allergisch voor mensen die weigeren rekening te houden met het feit dat ze in een samenleving zitten waar je ook rekening met anderen moet houden. Dat geldt voor wanpresterende topbestuurders die met enorme bonussen vertrekken, maar ook voor een medewerker van de VARA die zonder blikken of blozen verkondigt dat-ie zijn jaarsalaris van 600k écht waard is, en ook voor de uitkeringstrekker die heel goed in staat is te werken maar dat vertikt omdat 40 uur per week werken slechts enkele tientjes netto meer verdient.

  8. Er zijn nogal wat mensen tegen gelijkheid en gelijkwaardigheid, meneer GJH. We maken er net een mee, die met zijn boodschap van ongelijkheid en ongelijkwaardigheid flink wat stemmen heeft weten te winnen.

  9. Vraagje: Dat het opleidingsniveau stijgt is toch altijd applaus waard? Je wilt toch als sociaal-democraat de lage(re) klasse verheffen (blijf anders gewoon thuis)?
    Jan Marijnissen heeft niet bijster veel opleiding. Maar het kan toch niet zo zijn dat hij daarom niet klapte? Gebrek aan formele opleiding is vaak een pijnpunt bij mensen die als autodidact opgeklommen zijn, maar dit heb je toch echt verkeerd gezien.

  10. Ik moet je een ding nageven, Anja, je durft wel analyses op te bouwen die anderen liever laten liggen. Zo was het tot nu toe toch behoorlijk taboe om te beweren dat er nog zoiets als een klassenmaatschappij in Nederland bestaat. Wie een beetje om zich heen kijkt, kan dat toch nauwelijks ontkennen. En die klassenindeling heeft natuurlijk wel degelijk sociale en politieke gevolgen voor de samenleving. Vroeger was de relatie tussen politieke keuze en klasse/religie natuurlijk heel sterk, met die gigantische verzuilde en starre maatschappij waarin vrijwel elke katholiek KVP stemde en bijna elke socialist PvdA. Maar ook mensen als mijn ouders die je eigenlijk geen socialist kon noemen, maar als leden van de arbeidersklasse logischerwijze altijd PvdA stemden. Die link tussen oude partijen en klasse/religie is grotendeels verdwenen, en in dat luchtledige is het zweven van kiezers en het grote stem-shoppen begonnen. Politieke partijen hebben niet het eeuwige leven, en de oude partijen in Nederland om bovengenoemde redenen al helemaal niet. De ontwikkeling lijkt me onomkeerbaar: de oude partijen zullen verdwijnen of fuseren, en nieuwe partijen zullen ontstaan en bestendig blijken, met een achterban op andere basis dan die van de oude partijen. Dat verklaart ook dat SP, Pvda, maar ook VVD-stemmers ‘weglopen’ of ‘verdwijnen’. Nu lijkt zoiets als de SP geen oude partij, maar de smalle basis waarop zij zich tot nu toe richtte, is er wel een van die ‘oude stempel’.
    De val waar veel partijen nu intrappen is te denken dat LPF/PVV/Verdonk en wat in dat kamp verder nog zal ontstaan, een soort stabiele achterban heeft van linkse elite-hatende volksklasse. De basis voor die beweging is veel breder en diverser, want gevoed door een nogal diffuse onvrede onder bredere lagen van de bevolking. Die soms hun onvrede konden dempen binnen de VVD, en soms binnen de SP. Een onvrede die overigens veel, veel verder gaat dan het migranten- en integratievraagstuk. Een onvrede die bij velen regelmatig wordt gevoed door wrange en onthutsende ervaringen in het dagelijks leven. Met betrekking tot overheden, instituten, banken, asocialen, en ja, ook een deel van de allochtonen. De wil om die onvrede maar te accepteren (zo vant ja, het wordt toch nooit anders…) is met de jaren sterk verminderd, en dat verklaart volgens mij de heftigheid van de tegenreacties nu. Men wil een meer maakbare samenleving, en vooral meer orde, regelmaat, wetshandhaving en zekerheid. Dat spreekt de linkse elite niet erg aan, want in hun leefwereld hebben zij die behoefte niet. En omdat anderen dan de elite steeds minder in de politiek vertegenwoordigd zijn, is de afkeer van die elite ook toegenomen. Als die elite zich nu geborneerd in zichzelf gaat terugtrekken, roept ze ontwikkelingen op die nog veel ernstiger kunnen zijn dan de huidige.

    Henk Timmerman

  11. Hoog of laag opgeleid maakt volgens mij niet je stemgedrag. Mijn opleidingsniveau zou mij tot PVV stemmer moeten maken. Volgen enkele, het doet mij ook pijn dat er geklapt wordt omdat het gemiddelde opleidinsgniveau was gestegen. Het blijkt dat we 65 jaar na D day weer stemmen op een persoon die eigenlijk iedereen aan de kant wil schuiven en bepaalde bevolkingsgroepen apart zet. Dat de onvrede groter wordt in ons land dat klopt, maar misschien juist aan de onderkant. Banken werden met miljarden gesteunt, maar de werkende mens krijgt tik op tik lonen stijgen amper,maar je mag wel lezen dat de raad van bestuur en de top 30/35% erbij pakt. Die verschillen worden steeds groter 120.000 euro verdienen als DJ je werk is je hobby en een gigantisch salaris. Veel mensen zijn het beu , politici klagen wat af Europa is zo duur, asielzoekers kosten zo veel geld , enz enz zo geven ze handvatten aan de mensen voor hun ongenoegen. Als ik een bekeuring krijg van 500 euro “voorbeeld” is dat ruim 25% van mijn inkomen. Dan zie je zo blik op de weg programma een “schijnt” bekende Nederlander kreeg ook 500 euro reacties ach dat verdien ik op een middag weer en lachend ging ze verder. De verschillen in inkomen worden steeds groter nieuwe baan jaarcontract en na 3 contracten 2 jaar werken kan je weer gaan. Dat geeft onvrede helaas kiezen ze een partij die niets te bieden heeft.

  12. (9) Ben, je hebt niet goed begrepen waar het om gaat. Als het opleidingsniveau van het ledenbestand is gestegen betekent dat niet dat iedereen opnieuw naar school is gegaan, maar dat er in verhouding meer nieuwe leden bij zijn gekomen met een hoog opleidingsniveau. Niets tegen die mensen, maar waar het om gaat dat het belangrijk is, als socialistische partij, dat we ook mensen met een lagere opleiding bereiken en dat die actief worden in de partij. Vandaar dat ik het geen reden voor juichen of klappen vind als blijkt dat we die minder bereiken dan voorheen.
    En Jan Marijnissen is een prima voorbeeld van hoe iemand ook zonder academische titel een voorbeeldige denker en politicus kan worden. Maar ook hij begrijpt heel goed dat het allerbelangrijkste voor de SP is dat we de basis niet verliezen, en die bestaat uit mensen met een lagere opleiding.

  13. Ik vind het een enorm ingewikkeld onderwerp. Ik herken me in dat dubbele gevoel dat Schouten beschrijft, maar er zitten meer haken en ogen aan. Om maar eens wat te noemen: we leven in een samenleving die zelf steeds meer gefocust raakt op ‘hogerop komen’. Ik vind al heel erg lang dat het onacceptabel was zoals de politiek jarenlang aan het hannesen was met het lager en middelbaar beroepsonderwijs. Dat werkte alleen maar meer het gevoel in de hand dat je pas echt geslaagd bent in dit leven als je een witteboordenbaan hebt. Gelukkig is nu een flinke beroepsonderwijsreparatie aan de gang, maar daar hoort bij dat de maatschappelijke waardering van de ambachten ook en met nadruk gerepareerd moet worden. Een van de dingen die gruwelijk fout zijn gegaan is dat het vmbo in de collectieve beeldvorming is gekoppeld aan jongeren met een niet-Nederlandse achtergrond. Met dank aan Fortuijn en Verdonk. Dat heeft veel sociale schade aangericht die nauwelijks te repareren is. De recessie helpt ook niet echt mee om dat beeld bij te stellen. Het aantal stageplaatsen groeit niet en arbeidsplaatsen zijn er voorlopig ook minder.

    Wat Wilders doet is heel slim. Hij gebruikt het ‘intellectuele standsverschil’ waaraan de samenleving zelf zo’n grote status toekent, om zowel naar boven als naar beneden te kunnen trappen. En dus zijn ‘oude’ politici elite en verdacht. En zijn al die vmbo-gastjes, lees Marokkanen en andere islamieten, tuig. Dat hijzelf het Haagse pluche zelfs tot kapsel heeft gepromoveerd dringt niet tot mensen door kennelijk, omdat ze maar wat blij zijn met iemand met zo’n eigenzinnig kapsel die vertolkt wat zij denken en voelen. Dat zijn eigen fractie intussen bestaat uit een aantal gestudeerde gasten, daarvoor heeft zijn aanhang ook een blinde vlek. Want dat is ‘nieuwe’ politiek, dus dat telt niet. Hij weet zich behendig buiten de politiek te manoeuvreren terwijl hij er midden in staat. Zie daar maar eens een antwoord op te vinden. Het is er niet. En als het er is wordt het niet gehoord.

    Ik kan alleen voor mezelf spreken. Ik heb geen universiteit, wel hbo, maar word als PvdA-raadslid (oei! dat zijn de ergsten!) ongetwijfeld gezien als een van die regenten die straks op moeten rotten. Een van die mensen die nu verdacht worden gemaakt. Het zij zo. Het is mijn diepste overtuiging dat de een ervoor kiest zijn gratis meegekregen hersens in te zetten voor zijn of haar ideale samenleving en de ander zijn gratis meegekregen gouden handen en dat de een het niet zonder de ander kan. Met arm en rijk heeft dat vaak allang niet meer te maken, dat kun je aan mij zien. Ik werd zeven jaar geleden ontslagen ‘wegens reorganisatie’, was toen al te oud (49) en te duur om nog ergens een nieuwe hoofdbaan te vinden en leef sindsdien met een klein docentenbaantje en een raadslidmaatschapje net boven het minimum, terwijl mijn glazenwasser die even oud is als ik en het afkon met drie dagen werken per week afgelopen week is komen zeggen dat hij er na de zomer mee uitscheidt omdat hij gaat rentenieren. Knap gedaan, feliciteerde ik hem. Ja, dat vond hijzelf ook en hij zou niet graag met me ruilen zei hij er nog bij. Met andere woorden: ja, er is nog steeds een klassenmaatschappij, maar in vele gevallen bestaat die meer in de beleving van mensen dan in het echt. En verloopt hij volgens andere, door de maatschappij zelf instandgehouden scheidslijnen dan de traditionele scheiding arbeider-grootkapitaal. Ik weet zeker dat Wilders daar ook geen antwoord op zal hebben. Mogelijk niet op zal willen hebben. Ik weet het niet, want daarover houdt hij wijselijk zijn mond.

    De kunst als raadslid is ervoor te zorgen dat je je voortdurend op de hoogte houdt van wat er speelt. Bij alle beroepsgroepen, bij alle wijken, bij alle geledingen. Niet alleen bij ‘de arme mensen’ dus. Ik volksvertegenwoordig als PvdA’er een brede groep, de PvdA zelf is een behoorlijk breed samengestelde partij. Dat heeft niets te maken met elite, maar alles met of je dat zelf belangrijk vindt, met veel mensen praten. Ik vind dat belangrijk en besteed daar zoveel mogelijk tijd aan. Mensen verwachten dat ook van je, zeker in kleinere gemeenten waar je elkaar gemakkelijker tegen het lijf loopt en iedereen weet dat je raadslid bent. De makke is dat je als raadslid in een kleinere gemeente er nauwelijks tijd en gelegenheid voor krijgt. Want in het op het gehate pluche moeten zitten vergaderen en het lezen van je stukken gaat (en dat geldt voor alle partijen) al met gemak 20 uur per week zitten en er moet ook nog brood op de plank. De vergoeding die je als raadslid krijgt, is namelijk gerelateerd aan het aantal inwoners. Voor de 20 tot 30 uur per week die ik eraan besteed houd ik na aftrek van de kosten € 450 per maand over. Er zijn mensen die dat volslagen achterlijk vinden, dat je voor € 450 per maand je 30 uur per week voor het nut van het algemeen gaat lopen uitsloven. Maar diezelfde mensen noemen je in één moeite door een zakkenvuller en met nog een moeite erbij ben ik nu ook nog elitair omdat ik een opleiding heb gehad. Nogmaals, het zij zo.

    Wat mij zeer benieuwt is hoe Wilders het zich voorstelt, gesteld dat zijn aanhang (partij is het niet en wordt het niet) zo blijft groeien. Hij krijgt onherroepelijk een probleem. Wie gaat hij benoemen in de stadsbesturen? Dat moeten, dat kan niet anders, mensen zijn die een beetje van wanten weten en partij kunnen bieden aan de ambtenaren (want ik neem niet aan dat hij ook de ganse ambtenarij wil laten oprotten). Zoals hij nu in zijn fractie ook geen mensen heeft zitten met alleen lagere school. Het moeten daarnaast ook nog eens mensen zijn die het echt gemotiveerd willen doen en die je voldoende moet ondersteunen, anders houden ze het niet vier jaar vol. Zelfs in onze glorietijd (jazeker, de PvdA had dankzij de kiezers nog niet zo lang geleden een glorietijd) was het lastig aan voldoende geschikte mensen te komen die het willen doen. Met dat probleem kampen alle partijen. De SP in oprichting in mijn woonplaats kan nauwelijks aan bestuursleden komen, laat staan aan kandidaat-raadsleden voor 2010. De LPF is na een grootse en luidruchtige start (bij de oprichting reden de limousines af en aan) wegens gebrek aan mensen die actief willen zijn en ook vanwege hevige interne machtsstrijd, al na een jaar weer opgeheven.

    Maar misschien bekijk ik alles te veel vanuit de oude politiek. Wordt de door aanhangers van de PVV bejubelde nieuwe politiek iets volslagen anders. Misschien besluit ik tegen die tijd er niet meer aan mee te willen doen, omdat ik geen mogelijkheden meer zie in de nieuwe politiek mijn ideale samenleving te helpen vormgeven. Misschien besluiten alle oude politici dat wel in 2010. Dan hebben de Nederlanders die dan nog op de oude politieke partijen gestemd hebben, een probleem. Wie gaat hen vertegenwoordigen? We gaan het zien.

  14. Ik begrijp niet wie er nu eigenlijk bij de PvdA de politiek strateeg is..welke rapporten en onderzoeken ze lezen want de PvdA verliest geen kiezers aan de PVV.
    Ook bestaat de achterban van de PVV niet overmatig uit laagopgeleiden of sociaal zwakkeren.
    De PvdA verliest aan D66 en Groenlinks die beide een stevig pro Europees geluid hadden en feller zijn en waren in het afwijzen van de politiek van de PVV.

  15. (14) Geen idee wat een bussemaker deed, Clara, maar die s is er onder dankzegging af.

    (13) Over je verhaal. Gedachten, want dat is wat we doen, hardop denken. Ik vind dat je een punt hebt dat de de kloof niet zomaar laat samenvallen met arm en rijk. Ik denk wel dat in een land waar de kloof tussen arm en rijk groot is, de onvrede bij een bepaald deel van de bevolking groter is dan in een land waarin iedereen arm is. Objectief dezelfde situatie, voelt heel anders.

    Verder ben jij zelf een voorbeeld van iemand die het niet breed heeft, en je zou genoeg redenen hebben – op je 49ste ‘uitgerangeerd’, niet meer aan de bak voor een volle baan, je werkt je uit de naad voor een te laag loon – om daar verbitterd en rancuneus over te zijn. En dat ben je niet. Jij krijgt niet de neiging om ‘de politiek’ uit te maken voor ‘zakkenvullers’ of heel Den Haag of de gehele grachtengordelelite, en je hebt ook niet de neiging om je af te zetten tegen de migranten – waarom eigenlijk niet? Politiek bewustzijn? Of het feit dat jij je voldoening haalt uit de inhoud van wat je doet, dat je een vorm hebt gevonden om onvrede over de dingen om te zetten in iets creatiefs en constructiefs, of dat je ondertussen je medemensen in Gaza niet vergeet? Hoe dan ook, jij weet dat je ‘iemand’ bent, je kent je talent al zou het prettig zijn dat je daarvoor toch evenveel betaald zou worden als een goede glazenwasser.

    Het zorgelijke van (een deel) van de Wildersaanhang, is dat ik goed kan zien waar de onvrede zit, die voor een deel reëel is – maar dat die mensen kennelijk niet in staat zijn om voor de onzekerheid of de onrechtvaardigheid waar ze in zitten de werkelijke verantwoordelijken aan te wijzen, en te weten bij wie en met wie ze aan de gang kunnen om daar invloed op uit te oefenen. Vroeger hadden we het in het socialisme over de verheffing van het volk. Moet je nu om komen. Maar waar halen mensen hun politieke bewustzijn vandaan?

    Het ontbreekt veel mensen aan ontwikkeling, en daarmee bedoel ik niet zonder meer ‘hoger onderwijs’, en ook aan een drijfveer om te willen leren. Ik kijk naar de onderbuikers die ik tegenkom op het net, daar zie ik een aan haat grenzende minachting voor ‘intellectuelen’ en een vergaande minachting voor kennis en ervaring – telt niet meer, of hoogstens als een aanleiding om van iemand te denken dat die wel zal denken dat ie beter is dan anderen. Maar dat is niet een sfeer waarmee mensen als autodidact of anderszins nog verder komen.

    Het ontbreekt veel mensen ook aan voldoening in hun leven. Dat hebben jij en ik wel, en mensen die met de handen werken, een echt vak hebben, hebben dat vaak evengoed – een glazenwasser die plezier had in zijn werk en nu een aardige oude dag bij elkaar verdiend heeft –
    ik vind het plezier dat mensen kunnen hebben die hun vak verstaan, of dat de huisschilder is of een kleuterjuf of een taxichauffeur heel aanstekelijk – het ligt hem dus niet alleen in de hoogte van de opleiding.

    En ik zie iets tragisch, in de herhaling – ik denk dat nogal wat mensen die achter Wilders aanlopen zich miskend voelen, vernederd vaak, en wat gebeurt er nu: nu wordt er nog meer op ze neer gekeken omdat ze aanhangers zijn van Wilders – door ‘ons soort mensen’, en iets daarvan is waar – ik heb ook zo’n bloedhekel aan die stomkoppen die maar lopen te schelden op allochtonen en achter die hufter aanlopen die ze een oor aannaait – maar exact dat versterkt precies waar ze al last van hadden. En dan komt zo’n mini-huftertje triomfantelijk hier aanzetten: WIJ hebben gewonnen en de SP heeft verloren, en straks hebben WIJ 45 zetels en jullie nul! Die beseft niet dat hij helemaal niks heeft, maar de identificatie met die rattevanger is kennelijk even genoeg om zich ‘iemand’ te voelen. Het is erg treurig.

    Ik vrees ook dat ik nog teveel een aanhanger ben van ‘de oude politiek’, waarbij je mensen aan kon spreken op hun belangen, waarin solidariteit nog een idee was waar je warm van werd, waarbij mensen ook iets van vervulling vonden in saamhorigheid en je in zetten voor een betere wereld – nou misschien ben ik ook geheel ongeschikt voor het politieke tijdperk dat nu aan komt zetten. Ik weet ook niet wat ik dan ga doen. Nou ja, genoeg te doen, maar wat, inderdaad, als politici als jij en ik er gewoon geen zin meer in hebben om onze tijd te verdoen aan dat holle gekwaak?

    We zijn er nog niet over uitgepraat.

    Ik druk op Reageer! zonder overgelezen te hebben wat ik schreef. Ik zie morgen wel of ik het zelf wat vind.

  16. Ik zou nog reageren op de discussie hier naar aanleiding van het artikel van Tonkens over het negeren van een klassenmaatschappij als mogelijke oorzaak van de PVV-winst. Een poging.

    Ik heb hierboven al geschreven dat als er sprake is van klassen, deze m.i. niet meer samenvallen met de twintigste eeuwse tegenstelling lompenproletariaat-grootkapitaal. Hoewel je echo’s daarvan wel kunt beluisteren in het crisisprotest tegen exorbitante beloningen en bonussen – maar deze protesten komen niet alleen van Jan met de spreekwoordelijke pet. Ook heb ik al geschreven dat de traditionele tegenstelling gestudeerd-ongestudeerd zich niet langer alleen voltrekt langs de scheidslijn rijk-arm. Kijk maar naar mezelf.
    Er is wel een groeiende tegenstelling arm-rijk, maar die voltrekt zich dus niet uitsluitend langs de scheidslijnen van weleer. Dus als we het over klassen hebben, moeten we daarvoor om te beginnen een nieuwe definiëring hanteren. Waarbij ook de illegalen en sans papiers nadrukkelijk genoemd en benoemd moeten worden als de groep die helemaal nergens deel aan kan hebben. Een maatschappelijke driedeling.

    Klassen benoemen in termen van insluiting en uitsluiting dus. In die definiëring zou ook opnieuw aandacht moeten zijn voor wat Godfried Engbersen al in 1990 schreef over ‘Publieke bijstandsgeheimen’ in een (vind ik) nog steeds belangrijk boek dat dezelfde titel heeft. Hij beschrijft daarin hoe de Nederlandse staat, vaak onbedoeld, zelf mensen uitsluit en hoe die mensen dat vervolgens als verwijt van de politiek en in het kielzog de samenleving teruggespeeld krijgen. Het ontstaan van een onderklasse door eigen schuld, dus. Gemedicaliseerd en gecriminaliseerd.

    Dit sluit aan op de ‘eigen verantwoordelijkheid’-mantra en nog zo wat christelijke en liberale waarheden die eigenlijk dode ouwe koeien zijn. En iedereen weet het of kan het weten. Zoals blind zijn voor de groeiende armoede onder werkende mensen, voor blijvende afhankelijkheid van slinkende sociale voorzieningen voor bepaalde groepen, voor het steeds verder uitsluiten van andere groepen zoals jongeren, voor het fabeltje dat ouderen die uit het arbeidsproces zijn gevallen, wel weer gemakkelijk werk kunnen vinden. Allemaal zaken waarvan iedereen weet dat ze bestaan, maar waarop (nog steeds, ook al is het nu iets beter) te weinig onderzoek en beleid wordt afgestemd. Wie het boek eenmaal heeft gelezen kijkt nooit meer met dezelfde ogen naar de samenleving. Verplichte kost voor beleidsmakers. Hier een artikel erover van Engbersen uit de NRC van 17 juni 2006.

    Ik wil graag een opmerking maken over manieren van politiek bedrijven. Er is een verschil in je politiek profileren tussen SP en PvdA. We hebben het er hier op jouw weblog al eerder over gehad, toen Ayaan Hirsi Ali met haar filmpje Submission de gemoederen bezighield. Maar dat verschil zit ‘m hoofdzakelijk in het profileren en dus het imago en veel minder dan mensen denken in de dagelijkse praktijk. De SP profileert zich vooral als activistische partij, de PvdA als bestuurspartij. De PvdA heeft dat imago onder meer te danken aan een lange traditie van denkers, dichters en doeners die hun denken, dichten en doen inzetten voor een rechtvaardiger samenleving. Te beginnen met Gorter, Van Eeden, Roland Holst, Banning, noem maar op. Ik voel me als PvdA’er heel sterk in die traditie staan, voor mij is juist daarom geen andere partij denkbaar. Er wordt vaak smalend gezegd dat de PvdA die ideologische veren afschudde na een oproep van Kok in 1995, bij de Den Uijl-lezing. De werkelijkheid is dat wat hij zei, anders geïnterpreteerd is dan hij het bedoelde en vrijwel direct een eigen leven ging leiden. Soit. Laten we het daarover niet meer hebben, omdat feit nu is dat de PvdA dringend behoefte heeft aan de oude ideologische veren.

    Want feit is dat de PvdA een partij is van wie iedereen de geschiedenis en herkomst kent of aanvoelt en van wie iedereen dus nu een sterke ideologische stellingname verwacht. Er zelfs openlijk naar verlangt. Binnen en buiten de partij. Je zou toch van een onderwijsminister als Plasterk verwachten dat hij dat weet en beseft en juist nu die sterke verticale vertegenwoordiging onder de PvdA’ers (want die is er) uitnut als kracht. Maar in plaats daarvan speelt hij de Wildersen in de kaart met hun nieuwe ‘lekker-schieten-op-de-elite-wapen’ en gaat hij roepen dat de PvdA inderdaad te veel een elitepartij is die te veel met zichzelf bezig is. Wat weet Ronald er nou van, daar in Den Haag? Ook al hebben wij dan niet het imago van een activistische partij, wij in onze eigen fractie doen dag in dag uit niet anders dan acties voeren voor en met individuen en groepen. Vaak met succes.

    Er is dus voor PvdA’ers aan de basis opnieuw reden eens een hartig woordje met de eigen partijtop te gaan wisselen. Ik besteedde die energie liever aan ons werk, met steun van de partijtop. Maar daarmee zal ik je verder niet vermoeien. Het is zoals je zegt: daar komt de PvdA zelf wel weer uit. Aan mij zal het niet liggen.

    Anja, je vroeg me hoe het komt dat ik niet bij de pakken neer ben gaan zitten, privé. En niet zuur ben geworden. Geen idee. Ik weet het echt niet. Kwestie van nature en nurture, denk ik. Een beetje van Maggi, een beetje van mezelf. Kind uit groot gezin, heel veel zelf uit moeten vogelen, vroeg op eigen benen, weinig bescherming maar wel veel cultuur meegekregen en wat mijn vader ‘je beschaafd gedragen’ noemde, dat alles op een bedje van voorgaande generaties van zendelingen, schrijvers, onderwijzers en musici. Plus een aantal verlieservaringen in mijn leven die me wat nederiger hebben gemaakt dan ik anders mogelijk zou zijn geweest. Zoiets. In elk geval geen panklaar recept. Zelf heb ik wel het gevoel dat het opgroeien in een groot gezin je een aantal basisvaardigheden meegeeft. Niet alleen dat je rekening moet leren houden met anderen, maar ook (zeker zo belangrijk) hoe je anderen leert rekening te houden met jou.

    Voor mij is het sleutelwoord in de huidige commotie niet ‘klassen’ maar ‘bedreiging’. Of dat gevoel van bedreiging terecht is of niet, is niet relevant. Het is net als met pesten: degene die gepest wordt en daar last van heeft, is het vertrekpunt. Naar hem moet je als eerste luisteren. Niet of de pester het anders bedoelde, telt. Maar hoe het overkomt.

    Dat gevoel van bedreiging laat zich gemakkelijk koppelen aan klassen, standsverschillen, culturen, inkomensverschillen, financiële onzekerheden, noem maar op. Vele mensen voelen zich om vele vaak ook voor henzelf vage redenen bedreigd en het feit dat mensen in een samenleving leven die collectief steeds moeilijker kan omgaan met onzekerheden en risico’s, en zekerheden en verwachtingen krijgen voorgespiegeld die vaak op leugens berusten, maakt het er niet beter op. Dat dit een perfecte voedingsbodem is voor leiders als Wilders is geen nieuws. Dat dit gruwelijk uit de hand kan lopen, voor iedereen, is ook geen nieuws meer.

    Ik las afgelopen week ergens dat die lange jongen in Amerika, Barack Obama, zich voortdurend laat adviseren door een team van 25 gedragspsychologen. Heel verstandig. Moeten wij ook doen. De kennis die er is over het menselijk gedrag inzetten om de mens te weerhouden van zelfdestructief gedrag.

    Voor mij persoonlijk is het beste antwoord op de taal van Wilders niet terugtetteren, maar een verlangen in mensen wakker te maken naar een ander en haalbaar perspectief. Het verlangen om mee te doen aan die andere, veel leukere samenleving. Dat kun je als individu doen, maar ook als partij of als partijleider. De PvdA is als regeringspartij bij uitstek in de positie om dat verlangen in mensen los te maken. En dan niet met de allang uitgewerkte christelijke normatieve en betuttelende retoriek van Balkenende, die zich richt tot een ‘allen’ dat niet bestaat en die een deel de mensen die (ook door en dankzij de politiek) uitgesloten zijn (of zich uitgesloten voelen) nooit zal bereiken.
    Maar wel door je als individuele PvdA’ers en als partij voortdurend zichtbaar in te zetten voor individuen en groepen. Dat doen we allang, niet alleen als raadsleden, ook als bestuurders en vrijwilligers op vele plaatsen in de samenleving. Maar we moeten er denk ik duidelijker bij gaan zeggen waarom we het doen. In een taal die mensen op alle niveaus aanspreekt. Het ouderwetse getuigen dus. Volgens mij is daar enorme behoefte aan. Dat hoor ik de jongens en meisjes bovenin mijn partij te weinig doen en dat slaat snoeihard terug op ons.
    Bon, dan ga ik nu een brief aan Sharon Dijksma schrijven.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *